Interview Koen Herfst: Doorbreken als drummer
Gepubliceerd op donderdag 14 juni 2018
De ster van drummer Koen Herfst is onverminderd rijzende. Hij speelt sinds zijn zeventiende op professioneel niveau, reisde de wereld over met grootheden als Armin van Buuren, Epica, After Forever en trad op in meer dan veertig landen. In 2016 werd hij door Slagwerkkrant voor de derde keer op rij uitgeroepen tot de beste Hardrock- en Metaldrummer van de Benelux. Met daarnaast zijn eigen festival Herfstfest, zijn gelauwerde solo-album Back to Balance én een op handen zijnd nieuw conceptalbum, klinkt het alsof hij zich geen moment hoeft te vervelen – hoog tijd voor Bax Music om met Herfst bij te praten.
Tekst: Hanna van der Molen
Alleen maar drums
We treffen Koen Herfst (33) aan de vooravond van Herfstfest, het door hem georganiseerde festival dat dit najaar voor de derde keer plaatsvindt. Als Koen zou moeten uitleggen wat Herfstfest is aan iemand die er nog nooit van gehoord heeft, wat vertelt hij dan? “Het is een festival met alleen maar drums. Drummers geven clinics en optredens en uitleg over wat ze doen. Er is een drumbeurs waar merken zich presenteren. Er is zelfs drumfood. Drumsticks, drumrolls. Iedereen die maar iets heeft met drums, is van harte welkom. Ook jonge kinderen. Ik heb vorig jaar trouwens gemerkt dat er heel veel mensen kwamen die zelf niet drummen, en die vonden het ook supergaaf. Dat was voor mij echt een eye-opener.”
Nieuwe generatie
Naast clinics van gevestigde namen biedt Herfstfest jong talent de ruimte om een eerste optreden te geven. Waar krijgt jong talent tegenwoordig volgens Herfst zoal mee te maken? “Een van de grote veranderingen voor de lichting drummers na mij is dat het heel normaal is dat YouTube er is, “ aldus Koen. “Drummers kunnen zich beter presenteren en profileren op een internationaal niveau. Eén filmpje kan over de hele wereld bekeken worden. Tegelijkertijd valt er online op een makkelijker manier nog meer te leren, zelfstandig, dus zonder leraar.” Maar, benadrukt Herfst, ook al staat er veel op YouTube, een goede drumleraar zoeken is altijd een goed idee: “je kan jezelf verkeerde technieken aanleren, of een verkeerde houding. Sowieso denk ik dat het fijn is om als jonge drummer een soort mentor te hebben. Iemand tegen wie je opkijkt en die jou verder kan helpen. Is het strikt genomen noodzakelijk? Nee, tuurlijk niet, maar als je de kans hebt, zou ik het zeker doen.”
Invloed
Zelf begon Herfst op dertienjarige leeftijd met drummen, tijdens muziekles op de middelbare school. Hij pleit er dan ook vurig voor dat muziekles op scholen niet wordt wegbezuinigd. Koen: “Wie weet was ik zonder muziekles nooit gaan drummen. Nadat ik een concert van No Doubt in Ahoy op televisie zag, wist ik het helemaal zeker: ‘drummen, dat is wat ik wil’.” Wat of wie heeft zijn ontwikkeling als drummer verder beïnvloed? Koen: “Terry Bozzio, de drummer van Frank Zappa. En Mike Portnoy van Dream Theater, daar heb ik heel veel naar geluisterd als tiener. Toen ik zestien was, speelde ik alle nummers van Dream Theater na. Ik merk dat die invloed er nog steeds in zit, ook al kom je er op een gegeven moment achter dat er meer drummers zijn. Er zijn zoveel drummers waar ik nu inspiratie van krijg, zoals Ronald Bruner Jr. Hoe langer je drumt, des te meer meer je beseft hoe weinig je eigenlijk nog kan. Alle drummers die ik uitnodig op Herfstfest, inspireren me ook wat dat betreft.”
Ontwikkelen
Op de vraag hoe je een goede drummer wordt, heeft Herfst enkele simpele antwoorden: veel oefenen, spelen met anderen en je altijd door blijven ontwikkelen. Koen: “Je kan wel een liedje naspelen op je zolderkamer, maar dat is totaal iets anders dan optreden met andere muzikanten. De interactie met muzikanten en het goed luisteren naar anderen, dat is belangrijk. Je kan niet op talent alleen overleven. Waar je voor moet waken is dat je de hemel in wordt geprezen door iedereen en dan denkt dat je er al bent. Tot je achttiende word je gezien als een waanzinnig talent, omdat je dan pas een paar jaar drumt. Maar als je achttien bent, telt talent niet meer. ”
Gewoon dingen doen
Wat telt dan wel volgens Herfst, wanneer talent niet doorslaggevend is? “Gewoon dingen gaan doen. Maak eigen muziek, maak een eigen plaat. Daardoor leer je zó veel. Van mix-processen tot afspraken met mensen maken, gitaren inspelen. Dat is ook een goede tip, leer een ander instrument bespelen, leer een paar akkoorden op gitaar. Daardoor luister je ineens heel anders naar muziek. En werk aan je techniek. Hoe beter je techniek wordt, hoe minder fysiek drummen wordt. Het komt meer vanuit je polsen dan vanuit je armen, en meer vanuit je enkels dan vanuit je benen. Ik let tegenwoordig meer op mijn fitheid dan vroeger. Ik doe aan vechtsport, om mijn schouders soepel te houden. Door het vele computeren en drummen heb ik daar wel eens blessures gehad.”
Kapsones
Succesvol zijn als drummer zijn betekent volgens Herfst meer dan goed kunnen drummen – volgens hem is het misschien nog wel belangrijker dat je in een bandsituatie goed kunt omgaan met de andere muzikanten. “Als je onwijs zieke fills kan doen en ook geweldig kan grooven maar ondertussen wel een eikel bent, word je minder snel gevraagd dan wanneer je gewoon relaxt in de omgang bent, een okee persoon bent. Je kan je gewoon geen kapsones veroorloven. Alles heeft met elkaar te maken. Alles wat je doet heeft gevolgen voor later, vooral in positieve zin. Je valt ergens op als je aan het drummen bent en dan rol je ergens in, vervolgens rol je weer in iets anders, en weer in wat anders. Nederland is vrij klein. Je moet gewoon altijd je uiterste best doen.”
Doorbraak
De muziekwereld is best een lastige branche om als professional je geld in te verdienen. Het is niet erg als je er niet altijd helemaal van kan rondkomen, benadrukt Koen. “Soms kan ik anderhalf jaar van drummen leven, en soms moet ik er ook gewoon ander werk bij doen om rond te komen, en dat is okee. Dat betekent niet dat je een mindere drummer bent. Bovendien kan je niet na één succesvolle gig of video denken dat je er wel bent. Die denkfout heb ik ook gemaakt. Na het verschijnen van het eerste album van mijn band Bagga Bownz gebeurde er minder dan ik had gehoopt. En dan ga je om je heen kijken, en zie je bands die pas na hun zesde album hun doorbraak hebben. En dan zie je: het gaat om alles wat je doet, niet om één uiting. Het is niet één keer iets presteren. Dat is in mijn geval ook zo.”
Armin
Twintig shows, zes continenten, legendarische locaties als Madison Square Gardens – Herfst reisde met Armin van Buuren de hele wereld over. Zijn meest memorabele herinnering aan optreden met Armin ligt echter dichter bij huis: “Dat ik met drumstel en al uit het dak van de Arena kwam. Een ervaring om nooit te vergeten. Ik ben bezig met een nieuwe plaat, over mijn vader. Ik heb hem nooit gekend, maar ik weet een paar dingen van hem. Dat hij uit Amsterdam kwam en dat hij Ajax-fan was. Dat maakte het een heel bijzonder moment voor mij. Ik had bij dat concert trouwens mijn in-ears in de kleedkamer laten liggen en kwam daar tien minuten voor de show achter. Ik was er helemaal klaar voor, zat al in het dak van de Arena, klaar om op te treden. Maar geen in-ears. Toen is mijn drumtech snel de 60 meter lange brug afgerend, heeft de lift naar beneden gepakt, en is naar de andere kant van de Arena geracet, waar de kleedkamers waren. Dat ging echt maar nét goed.”
Back To Balance
Herfst werkte als drummer mee aan albums van diverse bands en bracht in 2015 zijn eerste solo-album Back to Balance uit. Een drummer die zijn eigen werk uitbrengt, is dat ongebruikelijk? Koen: “Ja, kennelijk. Ik ken nog meer drummers die solo-platen uitbrengen, die zijn dan vooral gericht op instrumentale muziek, en klinken best wel ingewikkeld. Mijn plan was om met mensen samen te werken met wie ik al eens had gespeeld, hen samen te brengen op één album. Maar het geheel werd meer dan ik ooit had verwacht. Er ontstonden ineens songs en toen moest ik ook teksten gaan schrijven, melodielijnen gaan verzinnen. Dat had ik nog nooit gedaan en daar heb ik echt enorm van geleerd.”
Knopen doorhakken
Na het verschijnen van Back to Balance in 2015 zal in de eerste helft van 2018 Herfst’s tweede solo-album het levenslicht zien. Dit wordt een progressieve metalplaat – een conceptplaat om precies te zijn, met als thema de dood van zijn vader. Zijn er dingen die hij bij zijn tweede album anders aanpakt dan bij zijn debuutalbum? “Ja, zeker,” aldus Herfst, “ik hak sneller knopen door. Ik ben bijna klaar met de opnames van de drums en merkte dat ik weer de neiging had om nog een take, en nog een take, en nóg een take op te nemen. Omdat ik mijn eigen studio heb, kan ik onbeperkt opnemen en zijn de opties eindeloos. Maar op een gegeven moment móet je wel keuzes maken in je partijen en denken: het is goed zo. Anders blijf je bezig.”
Leerschool
Ook zijn tweede album zal Herfst in eigen beheer uitbrengen, net zoals Back to Balance. Hij omschrijft het proces van het in eigen beheer uitbrengen van muziek als “een grote leerschool” en raadt mede-muzikanten dan ook van harte aan om hetzelfde te doen. Vanwaar zijn keuze om in eigen beheer platen uit te geven? Herfst: ”Omdat het kan. Ik wilde gewoon die plaat maken en uitbrengen, dan gaat niets je tegenhouden. Dan ga je niet aan een label vragen of zij het alsjeblieft willen uitbrengen. Feitelijk komt het uitbrengen van een album neer op een plaats op Spotify en iTunes, en dat kan je gewoon prima zelf regelen. Het is vooral de promotie eromheen die je moet doen, het voordeel van een groot label is dan wel dat ze hun netwerk kunnen inzetten. Uiteraard zou ik het ook fijn vinden als een groot label mijn muziek zou willen uitbrengen, maar dan misschien niet zoiets persoonlijks als mijn soloplaat. Dat is zó van mij, dat hou ik dan ook liever bij mezelf. Je wil toch gewoon zelf bepalen hoe je dingen uitbrengt.” ♦
Dit interview verscheen eerder in Bax Music Magazine (Najaar 2017).
Nog geen reactie...