Blues spelen? Gebruik deze akkoordenschema’s, noten en tips!
Gepubliceerd op donderdag 7 mei 2020
In dit artikel gaan we het hebben over het spelen van blues-muziek. Welke ingrediënten heb je nodig om een typische blues te spelen op bijvoorbeeld piano of gitaar? Laten we ons eens verdiepen in de ‘blue notes’, de bluestoonladders, de blues-akkoorden-schema’s (de bekende ’12 bar blues’), ‘straight’ versus ‘swing’ en andere belangrijke kenmerken.
- Meer dan alleen een bluestoonladder
- Korte geschiedenis blues
- Blue notes
- Akkoorden en schema’s
- Improvisatie
- Taal en intuïtie
- Goed om te weten
- Voor gitaar en toetsen
- Voorbeeld blues-schema
- Blues: stijlen en ritmes
- Interview: Nederlandse blues, bestaat dat?
- Zie ook
Meer dan alleen een bluestoonladder
Ingrediënten uit de blues hoor je in veel muziek terug. Zo zijn instrumentale solo’s (bijvoorbeeld gitaarsolo’s) in pop- en rocknummers vaak gebaseerd op bluestoonladders. Door gebruik te maken van bluestoonladders kun je melodisch en harmonisch spanning opbouwen. De zogeheten ‘blue notes‘ uit deze toonladders schuren als het ware tegen de akkoorden aan. Over blue notes lees je verderop meer. Om van een muziekstuk een echte blues te maken, zijn er meer ingrediënten nodig dan alleen een gitaarsolo gebaseerd op bluestoonladders. Eigenlijk zijn het kruiden die je toevoegt, om de muziek net dat ‘bluesy’ karakter te geven dat je zoekt. Er is trouwens geen scherpe grens te trekken tussen wat wel en wat niet blues is. Bovendien is die grens subjectief: wat de één blues vindt, hoeft de ander geen blues te vinden. Veel mensen associëren blues met de langzame blues gebaseerd op de klaagliederen waar de blues uit voortgekomen is. Maar blues heeft veel meer te bieden. Veel bluesnummers zijn up-tempo en swingen enorm. In dit artikel duiken we kort in de geschiedenis van de blues. Daarna vertellen we welke muzikale ‘kruiden’ de blues gebruikt om dat bekende bluesgevoel te krijgen. Ook bespreken we enkele van de meest gespeelde bluesritmes.
Korte geschiedenis blues
Over de geschiedenis van de blues is veel te vinden in boeken en op internet. Daarom houden we het hier kort, zodat we meer aandacht kunnen besteden aan het spelen van blues. Blues is een van de vele vormen van volksmuziek en is ontstaan tussen ongeveer 1860 en 1900. Het is een muziekstijl die zijn oorsprong vindt in de muziek van de zwarte slaven in het zuiden van de Verenigde Staten. Blues komt voort uit de spirituals, gospels en werkliederen die deze slaven zongen. Het was muziek om het lijden uit te drukken en draaglijk te maken. Daar komt dan ook de melancholische toon van de blues vandaan. “Melancholisch, maar niet zielig”, zegt Frank van den Bergh, alias gitarist/zanger Magic Frankie. “Blues gaat over dingen die je overkomen, maar die je wel weet te overwinnen. Daarom is blues krachtige muziek.” De naam ‘blues’ is overigens ontleend aan de blauwe vlag als teken van rouw in de zeilscheepvaart. Rond de Eerste Wereldoorlog trokken veel zwarten naar de steden in het noorden, zoals Chicago en Detroit. Daardoor kreeg de blues een meer ‘stedelijk’ geluid, vooral door het gebruik van elektrisch versterkte instrumenten. Ook werd de blues meer up-tempo, waaruit later de rhythm & blues en rock ‘n’ roll voortkwamen. Naast de authentieke blues heb je veel muziekstijlen die zijn voortgekomen uit de blues of daar elementen uit gebruiken. Zo komt de rock voort uit de blues, met The Rolling Stones als een van de belangrijkste voortrekkers. De blues kent een lange rij van bekende namen: met name de Engelse Wikipedia geeft een uitgebreid overzicht van de geschiedenis en blueshelden.
Blue notes
De belangrijkste kruiden van een bluesnummer zijn de zogeheten blue notes. Zonder blue notes geen blues. Die blue notes worden gebruikt in de melodische lijn. De melodische lijn in de blues maakt gebruik van andere toonladders dan de majeur-toonladder. Er zijn meerdere bluestoonladders, maar dit is de meest gespeelde: de blues mineur toonladder. Die van C gaat als volgt: c-es-f-ges-g-bes-c. In principe kun je nu alle blues-mineurladders zelf beredeneren, maar we geven er nog twee cadeau die (met name in gitaarbands) veel gespeeld worden. Die van A: a-c-d-es-e-g-a. Die van E: e-g-a-bes-b-d-e. In de C mineur blues toonladder zijn de es, ges en bes de blue notes. Dat zijn de terts (3), kwint (5) en septime (7). Als je die in je solo’s goed neerlegt en benadrukt (met name de es, de terts dus), klinkt het hartstikke bluesy. Deze blue notes schuren als het ware tegen de gespeelde akkoorden aan. En ze schuren daardoor eigenlijk ook tegen de vertrouwde majeur-toonladder aan. Eigenlijk zijn de blue notes van de C mineur bluesladder niet precies de es, ges en bes. Ze kunnen er ook tegenaan zitten. Een gitarist kan dat doen door bijvoorbeeld de D-snaar op te trekken naar (bijna) de es. Een harmonica-speler kan zijn e naar beneden buigen (‘benden’) richting es. Toetsenisten werken veel met zogeheten voorslagen: net even de toets aanraken die een halve toon boven of onder een gespeelde toon ligt. Ga voor meer informatie over de bluestoonladders naar ons artikel hierover.
Akkoorden en schema’s
De akkoorden die in de blues worden gespeeld zijn doorgaans dominant septime-akkoorden. Speel je een blues in C? Dan gebruik je vaak de akkoorden C7, F7 en G7. De akkoorden C7 en F7 zijn geen laddereigen akkoorden van de toonladder C. In de blues is dat geen probleem en het wordt er zelfs juist mooier van. Bovendien zijn de bes in het C7-akkoord en de es in het F7-akkoord blue notes in de C mineur blues toonladder. Dus zo onlogisch is het nu ook weer niet. Dan het blues-schema (‘blues progression’). Daarvan zijn er veel in omloop. Maar een veel gebruikt schema is een rondje van twaalf maten (twelve bar blues). Verderop in dit artikel zie je twee blues-schema’s van twaalf maten die vaak gespeeld worden.
Improvisatie
Het mooie van blues is dat deze muziekstijl zich heel goed leent voor improvisatie. Als je de belangrijkste bluestoonladders kent, kun je vrij gemakkelijk een geïmproviseerde solo neerleggen in een bluesnummer. En als je dat vaak doet, durft te experimenteren en goed naar anderen luistert, word je er steeds beter in. Bovendien heeft blues als voordeel dat het vaak cyclische muziek is, meestal in rondjes van twaalf maten. Dat geeft zangers en instrumentale solisten de gelegenheid om beurtelings één of meerdere rondjes te soleren. In jamsessies worden dan ook vaak bluesnummers gespeeld. Meedoen aan jamsessies is trouwens een prima oefening voor je muzikale vaardigheden. Als je tijdens het spelen goed luistert en kijkt naar de andere muzikanten, voel je aan wat er gaat gebeuren. Denk aan breaks, eindes, het verlengen of afgeven van solo’s enzovoorts. Kortom, als je blues kunt spelen, kun je in veel jamsessies gemakkelijk meedoen en dat is tegelijk een uitstekende én gratis muziekles. “Wat voor muziekstijl ook je voorkeur heeft, blues moet je in ieder geval kunnen spelen”, is een uitspraak die wel eens gedaan wordt.
Taal en intuïtie
Er valt nog veel meer te vertellen over blues. In dit artikel hebben we het teruggebracht naar zijn essentie en hebben we ons beperkt tot de ‘eenvoudigste’ varianten. Blues kan ook met ingewikkelder akkoorden en schema’s werken. Ook zijn er nog andere toonladders mogelijk. Daarmee komt blues wat dichter bij de jazz, die overigens ook uit de blues is voortgekomen. De muziektheoretische ondergrond van blues overvalt je misschien als je er voor het eerst kennis mee maakt. Toch kun je je die snel eigen maken. Dat maakt blues een muziekstijl waar je vrij gemakkelijk kunt ‘instappen’. Overigens was de blues er al eerder dan de hier besproken muziektheoretische ondergrond. “Blues is dan ook geen techniek”, zegt bluesorganist Pascal Lanslots. “Natuurlijk is het goed om de theorie te kennen, want je moet de taal beheersen. Maar je moet het vooral op je gevoel doen. De emotie die je zoekt in de blues moet intuïtief zijn.”
Goed om te weten
Voor gitaar en toetsen
Als gitarist of toetsenist kun je een blues op veel verschillende manieren begeleiden. Onderstaande begeleidingsfiguren werken doorgaans heel goed en je hoort ze dan ook veel. Zie voor meer algemene informatie over akkoorden ons akkoorden-artikel.
Tussenakkoorden
Ga je naar een C7? Dan is het mooi om van bijvoorbeeld de Db7 (dus een halve toon hoger) naar de C7 te ‘glijden’. De Db7 is dan een tussenakkoord. Je speelt het tussenakkoord iets voor de eerste tel van het akkoord waar je naartoe wilt. Dit wordt veel gedaan in de blues, maar houd het wel smaakvol en gedoseerd. Van beneden naar boven glijden (van B7 naar C7) kan ook, maar wordt minder gedaan. Je kunt deze techniek goed gebruiken om van de vijfde trap naar de vierde trap te gaan.
Afwisseling I-IV
Stel, je zit in de maten waarin een C7-akkoord wordt gespeeld. Dan kun je het C7-akkoord ritmisch afwisselen met het F7-akkoord (vierde trap van C). Een F7-akkoord kun je afwisselen met Bb7 (bes), een G7 met C7 enzovoorts. Dus steeds het akkoord dat een kwart hoger ligt. Vaak wordt dat akkoord (ongeveer) op de laatste tel van de maat gespeeld.
Parallelle 7-akkoorden
De techniek van de parallelle 7-akkoorden komt voort uit de boogie-woogie en leent zich vooral voor piano en orgel. Hieronder staat het principe in notenschrift.
Je speelt als het ware van het basisakkoord, via de vierde trap naar het septime-akkoord en weer terug. In het voorbeeld is dat C-F-C7-F-C). Afhankelijk van het nummer dat je begeleidt kun je er zelf een (ritmische) variant op bedenken. Zo’n variant hoor je bijvoorbeeld in de Blues Brothers-uitvoering van Sweet Home Chicago.
Voorbeeld blues-schema (’12 bar blues’)
Er zijn veel blues-schema’s in omloop. In onderstaand voorbeeld zie je aan de linkerkant een veel gespeeld schema van twaalf maten (’12 bar blues’), in de toonsoort C. De Romeinse cijfers geven de trappen aan (1e trap, 4e trap, 5e trap). In een slow blues (een voorbeeld van een veel gespeelde variant zie je aan de rechterkant, in toonsoort A) wordt in een tweede maat vaak de 4e trap gespeeld, in het getoonde voorbeeld dus D7. Ook de turn-around (laatste vier maten) wordt in slow blues vaak anders gespeeld. Let op: het zijn schema’s die weliswaar heel veel gebruikt worden, maar er kan natuurlijk van worden afgeweken.
Links een veel gespeeld blues-schema in C, rechts een typische slow blues in A
Blues: stijlen en ritmes
De blues kent ontzettend veel stijlen, doorgaans gebaseerd op een bepaald tempo en ritme. Het is ondoenlijk om hier al die stijlen te bespreken. Daarom kiezen we voor vier veel gespeelde stijlen: bluesrock, slow blues, Texaanse blues en Chicago blues. Daar kun je al een heel eind mee komen. Bluesrock is ritmisch ‘recht‘ (‘straight’). Slow blues, Texaanse blues en Chicago blues zijn ritmisch niet recht, maar gebaseerd op de shuffle: een swingend ritme. Ook al kun je misschien geen noten lezen, het laat zich toch het gemakkelijkst uitleggen aan de hand van notenschrift.
Bluesrock kent ‘rechtste achtsten’ (straight eights). Van een achtste noot gaan er acht in een vierkwartsmaat (dus twee in een ’tel’). Die achtsten worden in bluesrock allemaal even lang gespeeld, daarom heten ze rechte achtsten. Je telt ze als ‘een-e, twee-je, drie-je, vier-e’, waarbij iedere lettergreep even lang is. In notenschrift ziet dat er als volgt uit:
Een shuffle (hieronder te zien in notenschrift) wordt niet met rechte achtsten gespeeld, maar met om en om lange en korte achtsten. De achtsten die op tel 1, 2, 3 en 4 vallen, worden lang gespeeld. De andere achtsten worden kort (en met accent) gespeeld, zodat het ritme als het ware springt naar de 1,2,3 en 4. Daardoor krijg je een ‘swing feel’ of ‘swing timing’. Die swing feel is gebaseerd op zogeheten triolen. Een triool is ‘drie noten in de tijd van twee’. Tel de noten in het onderstaande notenschrift maar: in deze vierkwarts maat zitten nu niet acht achtsten maar twaalf achtsten. Je telt dit als ‘1-e-te, 2-e-te, 3-e-te, 4-e-te’. In de swingfeel (shuffle) valt de eerste achtste op ‘1-e’, de tweede achtste op ’te’, de derde achtste op ‘2-e’, de vierde op ’te’ enzovoorts. Het denken, tellen en spelen in triolen is echt nodig om de swingfeel te krijgen.
- Vaak staat een stuk (voor het gemak) in achtsten genoteerd, maar staat er ‘swingfeel‘ boven. Dan weet je dat het in een swingfeel gebaseerd op triolen moet spelen. Soms staat ook bovenaan in noten genoteerd dat je de achtsten in ’triolenfeel’ (dus swingfeel) moet spelen.
- Slow blues, Texaanse blues (bekend van Stevie Ray Vaughan) en Chicago blues zijn allemaal shuffles, dus met swingfeel gespeeld. Dus denk en speel ze in triolen. Slow blues is een heel langzame shuffle. Een goed gespeelde slow blues swingt dan ook. Texaanse blues en Chicago blues zijn meer up-tempo shuffles, waarbij de Texaanse blues wat luier getimed is dan de Chicago blues. In vaktermen: de Texaanse blues heeft een andere ‘bounce’ dan de Chicago blues. Bouncen betekent in het Engels ‘stuiteren’.
Interview: Nederlandse Blues, bestaat dat?
Stelling: echte blues komt recht uit het hart van de Amerikaanse zwarte muzikanten die hun diepe ellende in de blues uiten. Nederlanders zijn blank en de Nederlandse blues kan daarom nooit authentiek zijn. “Volslagen onzin”, roept bluesmuzikant Phil Bee, die met zijn band Phil Bee’s Freedom de Dutch Blues Challenge 2015 won en in Memphis optrad. “De oorspronkelijke blues werd mondiaal op de kaart gezet toen mensen als John Mayall en Eric Clapton zich die muziek eigen gingen maken.” We leggen Phil diverse stellingen voor over de ‘nederblues’!
Phil Bee
Phil Bee is net terug uit Memphis waar hij samen Big Bo, als winnaars van de Dutch Blues Challenge, de Nederlandse honneurs mocht waarnemen tijdens het bluesfestival in deze Amerikaanse stad. Daar streed hij tegen de beste Amerikaanse en internationale bluesartiesten en dat verliep veel minder slecht dan menig criticaster van de Nederlandse blues zou willen geloven. Nederlandse blues stelt immers niet veel voor als je het vergelijkt met het Amerikaanse niveau, is de gedachte van menigeen. Phil Bee bewees het tegendeel. In Nederland werd de blueszanger al vier keer genomineerd als ‘best vocalist of the year’ op de Dutch Blues Awards en hij was de voormalige zanger van de succesvolle band King MO. Phil toerde en speelde met Jan Akkerman, Steve Lukather, Noel Redding, Ana Popovic and vele anderen op onder meer North Sea Jazz Festival, Moulin Blues, BB King’s Blues Club. Als er een Nederlandse muzikant is waar de blues door de aderen stroomt dan is het Phil Bee. Hij kan ook aan Edward Reekers antwoord geven of er zoiets is als authentieke ‘nederblues’.
Blues is eigenlijk meer een gevoel dan een muziekstroming.
Nee, daar ben ik het niet mee eens. Het is een muziekstroming die je alleen maar kunt spelen met honderd procent gevoel, maar het gevoel alleen maakt je nog geen bluesmuzikant. Het is allemaal voortgekomen uit de slavernijperiode in Amerika en uiteindelijk uitgewaaid in allerlei sub stromingen. De blues is ontstaan uit simpele gezangen die tijdens de slavernij in Amerika ontstonden en werd dus inderdaad in eerste instantie gezongen door donkere mensen. Maar als we het over het hier-en-nu hebben, raakt die stelling kant noch wal. Veel mensen denken wel dat het zo is. Donkere mensen hebben vaak ook een super mooie stem om de blues te zingen, maar ik kan je zo een stuk of tien blanke blueszangers opnoemen die me net zo diep raken als bijvoorbeeld BB King.
Blues ervaar je het beste in een live-situatie en niet op de plaat.
Als het live heel goed gespeeld wordt, dan ben ik het daar wel mee eens. Als het gevoel en de kwaliteit goed zijn, gaat er niets boven een live-band. Je kunt dat wel reproduceren in een studio, maar dan mis je vaak ook de improvisatie van het moment. Dat heb je alleen maar op een podium. En het liefst heb ik er dan nog iemand bij, die er een verhaal bij vertelt over hoe dat stuk tot stand is gekomen. Ik luister ook het liefst naar authentieke nummers en niet naar de ‘standards’.
Uit mijn eigen jeugd herinner ik mij het werk van John Mayall nog heel goed. Heeft hij baanbrekend werk verricht voor de ‘witte blues’?
Absoluut. John Mayall en ook Alexis Korner, die naar mijn mening altijd veel te weinig genoemd wordt, hebben de blues als het ware naar Europa gehaald en er een hele eigen draai aan gegeven. De oorspronkelijke Amerikaanse grootheden, zoals Muddy Waters en Howlin’ Wolf, waren in de jaren vijftig heel populair in Amerika. Dat waren de hoogtijdagen van Chess Records. Maar ze werden mondiaal op de kaart gezet toen mensen als John Mayall en Eric Clapton zich die muziek eigen gingen maken. Ze werden als helden ontvangen in Europa, terwijl ze in Amerika eigenlijk al weer over hun hoogtepunt heen waren. En daarna nam ook de belangstelling in Amerika weer toe. Dus de Engelse blues heeft de oorspronkelijke Amerikaanse blues toen een beetje uit het slop gehaald, zeg maar.
De International Blues Challenge in Memphis was een makkie.
Forget it! Dat denken ze in Nederland, inderdaad. Want raar genoeg wordt de Dutch Blues Challenge niet door alle bands even serieus genomen. Maar als je dan in Amerika komt, kijken mensen daar heel anders tegenaan. Daar is het een van dé bluesevenementen van het jaar. Ik heb mensen gesproken die meer dan achthonderd kilometer hadden gereden om erbij te kunnen zijn. En het is keihard! We hebben daar de eerste twee avonden onze ogen uit gekeken. Wát een goede bands speelden er. We dachten dat we geen enkele kans zouden maken, maar toen we hoorden dat we door waren…! Man, we waren echt blij en ook best trots, want je komt daar echt niet zomaar een ronde verder, geloof me.
Hoe wordt er in Nederland dan tegenaan gekeken?
De meningen zijn nogal verdeeld. Ik vind het een fantastisch opstapje en een geweldig podium om te kunnen laten zien wat je kunt. En tussen het publiek staan ook veel festivalboekers die naar de bands komen kijken. Dus, al win je de Challenge niet en ga je niet naar Memphis, je houdt er altijd wel iets aan over. Is het niet qua boekingen dan wel qua pers en promotie. Sommigen vinden het dan teleurstellend dat je je eigen reis moet betalen als je wint. Maar als je in het buitenland wil spelen, is dat wel vaker zo. En bovendien, volgens mij hebben alle winnaars tot nu toe via sponsoring of subsidies hun reis nog betaald gekregen.
Nederlandse blues bestaat niet.
Nou, da’s natuurlijk flauwekul, hè? Want er zijn in dit land heel veel mensen die de blues een warm hart toedragen. Er is dus veel publiek en dat is voor de muzikanten dan weer aantrekkelijk. Maar als je het vergelijkt met de Amerikaanse blues is het wel anders, ja. Het is en blijft natuurlijk een gevoel dat overgedragen wordt uit een ander land. En sommigen kunnen daar beter mee omgaan dan anderen. Je hoort binnen vijf seconden of iemand een kunstje staat te doen of dat-ie het echt voelt. Als dat laatste het geval is, kun je zeggen: die man of vrouw heeft gewoon de ‘blues’. Ontegenzeggelijk. En Nederland heeft door de jaren heen ook een bluestraditie opgebouwd. Ik bedoel, Cuby, Barrelhouse. Dat zijn fantastische bands, die ook internationaal een naam hebben. En het mag ook wel een eigen tintje hebben. Waarom niet? Je hoeft toch niet alles één op één na te spelen?
Als Nederlandse bluesmuzikant moet je geen Amerikaantje gaan spelen.
Dat is het precies! En als zanger moet je opletten dat je geen storend accent hebt. Dat je niet meteen hoort dat iemand uit Nederland of Zweden komt. Ja, Björk, die mag dat wél! Hahaha! Of Charles Aznavour.
Moet blues eigenlijk altijd in het Engels worden gezongen?
Voor mij persoonlijk wel, ja. Anders wordt het zo’n kunstje van: kijk eens: het kan ook in een andere taal. Ik zou deze muziek niet in een andere taal kunnen zingen. Ik betrap me er wel eens op dat, als ik even een stukje tekst kwijt ben, ik verder vanzelf improviseer in het Engels. Voor mij klinkt het anders toch te gekunsteld. De blues komt oorspronkelijk uit Amerika en is in het Engels ontstaan. Als je de onderwerpen van die teksten in het Nederlands over gaat zetten, krijgt het toch iets gedwongens. Er zijn natuurlijk wel uitzonderingen. Daniël Lohues bijvoorbeeld, die kan dat wél. Bij hem klinkt het oorspronkelijk en heel natuurlijk en dat vind ik erg mooi.
Zonder een bepaalde dosis levenservaring kun je geen blues zingen.
Daar ben ik wel van overtuigd. Dat maakt het in ieder geval wel authentiek. Ik vind het ook altijd het mooiste om eigen materiaal te spelen. Dat kan niet altijd, want als beginnende band heb je niet meteen voldoende repertoire. Maar de meeste emotie kun je toch in je eigen teksten leggen. Zeker als die, zoals bij mij vaak, autobiografisch zijn. Ik merk ook dat, hoe ouder ik word, hoe authentieker mijn muziek wordt.
En het is niet alleen maar kommer en kwel, want blues kan ook vrolijk zijn.
Ja natuurlijk! Als mensen mij vragen wat voor soort muziek ik speel en ik zeg ‘blues’, dan is het vaak meteen van: “Oh ja, since my baby left me…”. Ja, dat is ook blues. Maar dat spelen we niet. Toen wij in Memphis in de halve finale van de IBC mochten optreden, stond de hele tent écht op z’n kop. Dat was zeker een vrolijke boel. BB King heeft eens gezegd: “Blues is whatever ails you”.
Als je zes akkoorden kunt spelen, kun je elk bluesnummer spelen.
Bij de oorspronkelijke blues zul je daar inderdaad een eind mee komen. Het ligt er natuurlijk dan nog wel aan hoe je ze speelt. Maar de blues van vandaag, de ‘contemporary’ blues zoals wij dat noemen, gaat toch wel een heel stuk verder. Sommigen bluespuristen hanteren een strikte leer en vinden bijvoorbeeld dat wij geen blues spelen, omdat er te veel andere invloeden inzitten. Ik luister graag naar Steely Dan en Little Feat of naar R&B of Soul. Dat hangt er allemaal tegenaan en waarom zou je dat niet ook spelen? De Tedeschi Trucks Band vind ik bijvoorbeeld op dit moment de beste bluesband van de wereld. En dat gaat ook alle kanten op.
De stem is het ultieme instrument.
Ja, natuurlijk. Je hebt nergens een volumeknop ofzo en het komt direct uit je buik. Bij een gitaar heb je te maken met snaren en posities en effectapparatuur en daar kun je dan van alles mee. Maar met een stem…? En ik ben zelf eigenlijk een gefrustreerde gitarist, hoor! Ik was het liefst gitarist geweest met de talenten voor gitaar die ik nu voor zang heb. Maar de stem is altijd puur natuur. En je moet bij het zingen jezelf zijn. Vroeger had ik nog wel eens de neiging om anderen na te doen. Toen ik eenmaal had geleerd om dat los te laten, ben ik veel beter gaan zingen. Je bent als zanger natuurlijk heel kwetsbaar, want één verkoudheidje en je bent de klos. Je kunt alleen maar zorgen dat je je stem en eigenlijk meteen ook de rest van je lijf in een goede conditie houdt. En blijf dus dicht bij jezelf. Zoals je ‘Vader Jacob’ zou zingen, zo moet je ook de blues zingen.
Zie ook
» Westerngitaren
» Resonatorgitaren
» Elektrische gitaren
» Hollow body-gitaren
» Lap steels
» Alle Gitaren & Accessoires
» Digitale piano’s
» Keyboards
» Alle Toetsinstrumenten & Accessoires
» Muziekboeken
» Alle Muziekinstrumenten & Accessoires
» Muziek maken: op gevoel of verstand? Beide!
» Jazz zingen: timing, frasering en improvisatie
» Kerktoonladders voor beginners
» Catchy songs schrijven – Dat doe je met een ‘hook’
» Gitaar en toetsen in een band – Kunnen ze vriendjes worden?
» Bluestoonladder – Leer hem hier in alle toonsoorten!
» Pentatonische toonladder: makkelijk te leren!
» Mondharmonica: techniek, geschiedenis en soorten
» Baslijnen maken – Handleiding voor de bassist
» Open stemmingen voor gitaar: probeer ze eens uit!
» Zangtechniek – Leer alles over zingen
» Nashville Number System: zo werkt het
» Majeur en mineur: het verschil horen en begrijpen
» Gitaarakkoorden: CAGED Majeur
» Akkoorden: theorie en akkoordsymbolen
» Gitaar stemmen? Hier lees je hoe dat moet!
» Noten leren lezen: C majeur toonladder
Nog geen reactie...