Werd geboren als David Ian Jackson, 11 augustus 1954. In de tweede helft zeventiger jaren beleefde de Britse muziekwereld een geweldige bloeitijd. In het kielzog van de punk kregen vele grote talenten de kans om strikt originele muziek te creëren en als individueel artiest op de plaat te zetten. Joe is de volgende in het rijtje Graham Parker, Elvis Costello en Ian Dury. Gastblogger Bart Dingemans vertelt over Jackon’s leven en carrière, samen met de zeven nummers die Joe muzikaal het beste samenvatten.

Foto (bewerkt): Joe Jackson, performing in Arizona, November 1982, door David Gans, licentie CC BY

Autobiografie

Het eerste werk van Joe Jackson onderscheidt zich door persoonlijke, openhartige streetwise songteksten en een scherp, helder en strak bandgeluid (zang, bas, gitaar, drums) zonder versiering. Joe neemt de zang voor zijn rekening en zet hier en daar de accenten op piano. Heb je zijn autobiografie A Cure for Gravity niet gelezen, dan zou je geneigd zijn de mens achter Joe op diezelfde wijze te typeren. A Cure for Gravity beschrijft een oneindig complexere, veelzijdige persoonlijkheid. Look Sharp, zo blijkt, mikt bewust op de tijdgeest van Engeland, 1979. Het boek is verder dermate virtuoos, eerlijk, humoristisch, niets verhullend en intelligent dat je licht vergeet dat de schrijver met zijn eigen autobiografie als een bekend popartiest bezig is. Het is gewoon zo goed geschreven. Een recensie van de Los Angeles Times vergelijkt het met James Joyce’s A Portrait of the Artist as a Young Man, met Portsmouth als stand-in voor Dublin. Hij is een fijnbesnaard, sensitief mens, met muzikale, teken- én literaire gaven. Zijn boek heeft als ondertitel A Musical Pilgrimage, en dat is het precies: een pelgrimage door soms onherbergzaam en bar land zijn muzikale roeping volgend. Aan zijn leven als gearriveerd musicus maakt hij weinig woorden vuil. Een van de dingen die Joe zichzelf moest leren is zichzelf in zijn eentje handhaven. Het was nodig een sterk imago te creëren. Dit vindt zijn uitdrukking in zijn eerste LP, getiteld Look Sharp!

Look Sharp (1979)

Ik draai van Joe’s eerste LP Look Sharp! uit 1979 de nummers:

One More Time

Deze song verwijst naar Joe’s eerste liefde. In de song is de rol omgedraaid: daar wordt hij verlaten, terwijl hij in werkelijkheid zijn vriendinnetje Jill verliet. Zij was 16, hij 22 (erg oud). Zij had geen pretentieuze dromen, hij koos voor de onzekerheid van een leven in de muziek en trok de wijde wereld in.

Is She Really Going Out With Him?

Jonge man zit thuis en ziet overal verliefde paartjes lopen. Is there something going wrong around here?

Happy Loving Couples

Joe haat die gelukkige stelletjes. Het nummer doet denken aan Elvis Costello’s The Angels Wanna Wear My Red Shoes. De vergelijking met Elvis Costello kan Joe behoorlijk irriteren.

Buitenbeentje

David Ian Jackson komt uit een arm, door en door eenvoudig om niet te zeggen dom arbeidersgezin met vele broertjes en zusjes. Hij groeit op in Paulsgrove, een arbeiderswijk van de haven- en marinestad Portsmouth. Als jongetje is David altijd een buitenbeentje: hij houdt niet van sport, ziet er slungelig en breekbaar uit en heeft alleen belangstelling voor muziek. Op school wordt hij meedogenloos gepest en vernederd door klasgenoten en onderwijzers.

Van zijn ouders, die niet weten wat ze met hem aan moeten, krijgt hij een viool, en ze moedigen zijn muzikale interesse aan, zonder zelf daar ook maar iets van te begrijpen. Dan volgt een eerste artistieke erkenning in het tekenen van comics in de schoolkrant, en gestaag oefenen op de piano in de aula van de school. Door ijzeren volharding maakt David de school af en wordt via een scholarship toegelaten tot de London Royal Academy of Arts, waar hij een driejarige hogere muziekopleiding gaat volgen. Hij studeert af in de richting slagwerk.

Hij volgt enige jaren, van ca 1964 tot circa 1970, in het geheel niet de ontwikkelingen in de popmuziek, en raakt gefascineerd door jazz en klassiek. Beethoven en Shostakovich worden zijn helden. Niet verwonderlijk is Steely Dan een van zijn favoriete popgroepen. Maar de moderne klassieke compositieleer (Schönberg) zoals voorgestaan op de Academy wijst hij op een gegeven moment geheel af.

Arrogantie en snobisme van leraren en studiegenoten gaan hem tegenstaan. Daarom studeert hij niet af in compositieleer, maar in slagwerk, waarbij hij meedoet met het jazzorkest van de school. Zo komt hij, op zoek naar de emotie die voor hem essentieel is in muziek, terug bij de popsong. Nog op de secondary school en daarna tijdens zijn studies, ontwikkelt hij zich tot een allround muziekman die componeert en de keyboards bespeelt, in diverse bandjes en bars in en rond Portsmouth.

Eén van de bandjes waar David in speelt, is de groep Edward Bear. Een groepslid noemt hem ‘Joe’ vanwege zijn gelijkenis met een superbegaafd jongetje, Joe 90, in een sciencefiction poppenserie op tv (voorloper van de Thunderbirds). Dit is sindsdien de naam: Joe Jackson. Van een bestemming als muzikale entertainer in onbetekenende bandjes ontstaan langzamerhand bredere ambities. Inspirerend is de muziek van Steely Dan, Stevie Wonder en Little Feat.

In deze periode zoekt Joe de samenwerking met de ideale basgitarist en vriend Graham ‘Badger’ Maby, en later de gitarist Gary Sanford en de drummer Dave Houghton, uitblinkers in andere regionaal bekende band Smiling Hard. De eerste LP Look Sharp! Is een natuurlijk vervolg op Joe’s stijgende ambitie. De ontmoeting met producer David Kershenbaum, van platenmerk A & M, in Engeland op zoek naar talent om aan te haken bij Engelse punk en new wave, maakt van Joe Jackson in één klap een beroemd recording artist.

De tweede LP, I’m The Man, eveneens uit 1979, is volgens mij en vele anderen al net zo klasserijk als de eerste. Joe doet hem in zijn boek af met “is hetzelfde als Look Sharp”. Hier houdt A Cure For Gravity op. Na een tussendoor minder goed beoordeelde Beat Crazy komt Joe in lente 1982 met Night And Day. Velen beschouwen deze plaat als zijn grootste prestatie.

Night And Day (1982)

Ik draai van deze LP:

Steppin’ Out

Joe Jackson is verhuisd naar New York en wordt verliefd op die stad. Steppin’ Out is een optimistisch, up-tempo nummer over uitgaan in New York. Hij valt als zo velen voor de levendige energie van die stad. Caraïbische ritmes doen hun intrede in Joe’s muziek en begeleidingsband. Ook leeft hij zijn diepe verering voor de jazz uit. Hij creëert, zie de platenhoes, van zichzelf het beeld van de songwriter à la Cole Porter, alleen aan de piano, thuis.

Jumpin’ Jive (1981)

De een-na-laatste plaat waarvan ik wat ga draaien, Joe Jackson’s Jumpin’ Jive, is opgenomen in mei 1981. Het is een fantastische ode aan de jaren 40 showmuziek van Louis Jordan (& his Tympani Five), en andere jazz-grootheden als de gebroeders Dorsey en Glenn Miller. Ik kies:

Jumpin’ Jive

Eerder door Cab Calloway.

You Run Your Mouth (And I’ll Run My Business)

Als niet-ingewijde in de big band-jazz geniet ik spontaan van de melodieën, de virtuoze blazersriffs en solo’s, het meer dan in de originele uitvoeringen stuwende ritme (dank aan Graham Maby) en de geweldige praat-zang van Joe zelf. De plaat is opgenomen in Londen, met een ensemble jonge, waarschijnlijk Engelse jazzplayers en behalve Graham Maby ook vaste drummer Larry Tollfree. Zelf laat Joe de piano over aan Nick Weldon en beperkt hij zich tot de zang én de vibrafoon (als afgestudeerd slagwerker).

Body And Soul (1984)

Na Jumpin’ Jive komt Body And Soul in 1984. Ik draai hiervan:

The Verdict

Het uitstapje naar de jaren veertig blijkt toch meer richtingbepalend voor Joe’s muziek. De pure jazz krijgt de daarbij behorende ernst – het is geen grap (meer). Zie alleen al het uitgebreide achterflapverhaal over het zoeken van de juiste studio in New York om het blazersgeluid optimaal op te nemen.

Zijn platen krijgen, zoals bij zo vele ouder wordende popartiesten het karakter van revivals, reunions met vroegere companen, remakes. In het geval van Joe Jackson, met zijn klassieke muzikale scholing, komen daar ook symfonische instrumentale composities bij.

Zie ook

» The Byrds – Geschiedenis van een groep rock-pioniers
» Jefferson Airplane – Geschiedenis van een revolutionaire band
» Jerry Lee Lewis – Geschiedenis van een geboren rock-‘n-roller
» The J. Geils Band – Geschiedenis van een macho groep met stijlgevoel
» Doug Sahm en zijn Sir Douglas Quintet – Geschiedenis van een cowboy-hippie
» Little Feat – Geschiedenis van een cult-band
» Lyle Lovett – Geschiedenis van een ongewone countrymuzikant
» Ian Dury & The Blockheads – Geschiedenis van een groep virtuoze punkrockers
» Otis Redding – Geschiedenis van een groot soulzanger
» Kate & Anna McGarrigle – Geschiedenis van twee singer-songwritende zussen
» Buddy Holly – Geschiedenis van een muzikale vernieuwer
» Steely Dan – Geschiedenis van een unieke popband

Gastblogger Bart Dingemans

De formule van gastblogger-muziekkenner Bart Dingemans is: het laten horen van hoogtepunten van het werk van door hem gekozen bijzondere artiesten, met een toelichting van muzikale en maatschappelijke context, wetenswaardigheden en anekdotes.

Hij is muziekenthousiast met een liefde voor de vele genres, binnen of net buiten het etiket popmuziek (blues, R&B, country, bluegrass, folk, jazz, soul, gospel, reggae). Hij wil liefhebbers verrijken met muziek die echt briljant is, maar die zij wellicht niet (goed) kennen. Want veel van het beste dat de popmuziek vanaf de begin jaren vijftig heeft voortgebracht, raakt langzamerhand vergeten. Het aanbod via internet, muziekwebsites als Spotify en radio etc. is zo verwarrend groot, dat velen afhaken. Of men kijkt niet meer verder dan de eigen vaste favorieten.

Bart Dingemans: “Wat goede muziek is, is subjectief. Maar op radio en televisie heersen overdag middelmatige en tot vervelens toe bekende muziek. Minder bekende muziek hoor je alleen ’s nachts. En de grote online muzieksites bevatten wel heel veel titels, maar missen helaas iedere impuls om iets nieuws te ontdekken.” In de gastblogs krijgt de lezer binnen het verhaal de songs van de gekozen muzikale hoogtepunten voorgeschoteld.

» Alle blogs van Bart

Geen reactie

Nog geen reactie...

Laat een reactie achter