Muziek-blessures – 8 manieren om ze te voorkomen
Gepubliceerd op dinsdag 21 april 2020
Muziek-blessures zijn de natuurlijke vijanden van elke gepassioneerde beroeps- en hobbymuzikant. Je musiceert er onbekommerd op los en merkt er niets van. Totdat die piep in je oren blijvend blijkt te zijn en de zeurende pijn in je pols chronisch. Wil je jezelf als muzikant de lijdensweg besparen door de doolhof die ‘medisch circuit’ heet? Doseer dan je passie en wees lief voor je lijf. Zo voorkom je blessures als gehoorschade en RSI!
- Topsport
- Overbelasting
- Watte?
- #1. Speeltechniek en houding
- #2. Dynamiek boven decibellen
- #3. De druk verdelen
- #4. Warming-up en cooling-down
- #5. Pauze
- #6. Minder hooi op de stemvork
- #7. Hobbycheck
- #8. Wat te doen bij kleine pijntjes?
- Interview met een muziekfysiotherapeut
- Zie ook
Topsport
Samen musiceren is op dezelfde golflengte zitten. Heerlijk. Samen een zaal platspelen is ook kicken. Je krijgt er zo’n ‘energie-boost’ van dat je uren daarna nog met je hoofd in de wolken loopt. En dat terwijl je net een vorm van topsport hebt bedreven. Overdreven? Hang een niet-musicerende kennis maar eens een elektrische gitaar om en breng hem een paar grepen bij. Binnen een kwartier heeft het proefkonijn kramp in de vingers. Spoor de debutant ook nog eens aan met stoere kreten als ‘Niet stoppen. Gewoon even doorbijten. Pijn is fijn’ en het duurt niet lang of hij voelt zijn spieren protesteren tegen de ongebruikelijke houding of het gewicht van de gitaar aan de schouderband.
Overbelasting
Hoe zit dat eigenlijk met jou als muzikant? Hoe fijn is pijn echt? Hoe kun je zo zeker weten dat de pijntjes die jij verbijt niet een signaal van je lijf zijn, een teken dat overbelasting op de loer ligt? En hoe goed ben je eigenlijk op de hoogte van de gevolgen van overbelasting? Veel muzikanten zijn onzeker over hun eigen niveau en denken dat ze beter worden door vaak en lang achter elkaar te repeteren. Aan hoe ze er dan bij staan of zitten, besteden ze nauwelijks aandacht. Dit kan je als muzikant duur komen te staan. Lichamelijke overbelasting ontstaat juist door langdurig musiceren in een bepaalde houding: de welbekende bolle rug van de organist of de muzikant die bij slecht licht met zijn neus op de partituren zit. Ra ra wat die onstabiele houding met je hoofd, nek, schoudergordel en rug doet… Vaak en snel achter elkaar dezelfde bewegingen maken is evenmin goed voor je gestel. Zo loopt de drummer die fanatiek een nieuwe slagtechniek instudeert het risico zijn rechterpols over te belasten en solliciteert de overvlijtige gitarist naar muziekkramp. En dan is er de vocalist nog, wiens instrumentarium – de stembanden – bij overbelasting en ondeskundig gebruik onherroepelijk schade oploopt. Ook het sjouwen met muziekinstrumenten en zware geluidsinstallaties is een aanslag op het muzikantenlijf. Niet echt een vrolijk verhaal. Toch moet het verteld. Neem maar eens een kijkje op de website muziekenzorg.nl Daarop vind je hele volksstammen medisch specialisten en andere therapeuten die zich bezighouden met het sleutelen aan uit de bocht gevlogen muzikanten. Pak nu de blessurewijzer op die website er eens bij, klik op het instrument dat je bespeelt en ‘verlekker’ je aan de lange lijst met aandoeningen die je kunt oplopen bij het musiceren. Slik! Klik vervolgens op een willekeurige aandoening en ‘hoppa’, de therapeuten vliegen je om te oren. Gelukkig maar? Ja en nee. Een van de meest ingrijpende aandoeningen -gehoorschade- is namelijk onomkeerbaar (lees: ongeneeslijk).
Watte?
Gehoorbeschadiging kan diverse gedaanten aannemen, variërend van gehoorverlies en oorsuizen tot overgevoeligheid voor bepaalde geluiden, het vervormd horen van geluid en ‘vals horen’, waarbij je één frequentie in het linker- en rechteroor op een verschillende toonhoogte ervaart. Om gek van te worden. Denk dus niet dat je een watje bent als je oordopjes draagt tijdens repetities en optredens. Zie ook ons blog over gehoorschade. De tweede groep ‘funkillers’ zijn de zogenaamde PRMD: Playing Related Musculoskeletal Disorders, oftewel RSI-achtige aandoeningen aan het houdings- en bewegingsapparaat. Deze groep van zogenaamde werkgerelateerde aandoeningen leidt in het ergste geval tot volledige arbeids- dan wel hobbyongeschiktheid.
Toch eindigt dit artikel niet in mineur. Daar is muziekmaken -zelfs in mineur- veel te leuk voor. Daarom hieronder een aantal tips & tricks voor muzikanten die graag nog lang en gelukkig willen musiceren.
#1. Speeltechniek en houding
Werp eens een kritische blik op je eigen speeltechniek en -houding. Zit of sta wat meer rechtop bij het bespelen van je instrument en kijk eens of het je lukt een wat minder agressieve speelstijl aan te leren. Neem ook je instrument eens onder de loep. Zou je met een kleiner instrument toe kunnen? Hoe is het afgesteld? Kun je een dunnere soort snaar gebruiken? Heb je de juiste draagriem?
#2. Dynamiek boven decibellen
Het risico op gehoorschade wordt bepaald door de combinatie van de hoeveelheid geluid en de tijdsduur. Las zo af en toe een unplugged repetitie in en gebruik die meteen om je timing, dynamiek, samenspel en intonatie te verfijnen. Speel in een ruimte met absorberende akoestiek.
#3. De druk verdelen
Probeer grotere spiergroepen te betrekken bij je spel. De kracht hoeft niet altijd enkel en alleen uit de handen en vingers te komen. Leer alert te zijn op gespannenheid en een te verstarde houding. Doorbreek deze door regelmatig van houding te veranderen, je rug te rechten, je even uit te rekken of een sprongetje te maken. Weet dat roken de bloedvaten vernauwt. Gevolg: een slechtere doorbloeding van het bewegingsapparaat. Muzikanten die roken, hebben vaker rugklachten dan hun niet-rokende medebandleden.
#4. Warming-up en cooling-down
Geen atleet begint ‘onopgewarmd’ aan een wedstrijd. Stap over je gêne heen en voel maar eens hoe lekker het is om voorafgaand aan een repetitie of concert je spieren los te schudden en wat te stretchen. Misschien is het goed een fysiotherapeut over dit onderwerp te raadplegen en een kort programma met een aantal aangepaste oefeningen te laten samenstellen. Eén kwartiertje gericht bewegen maakt al een wereld van verschil. Extra tip voor gitaristen: begin nooit met spelen voordat je handen warm (= goed doorbloed) zijn.
#5. Pauze
Las regelmatig speelpauzes in om opgebouwde spanning los te laten, even van houding te veranderen, je oren rust te gunnen en je lichaam de gelegenheid te geven afvalstoffen af te voeren. Zelfs tijdens langere repetities is er altijd wel een moment waarop je even je schouders, armen en handen kunt ontspannen.
#6. Minder hooi op de stemvork
Veel muzikanten zijn muzikale veelvraten en spelen in diverse bandjes. Verslaafd zijn aan je instrument is het recept voor roofbouw. Laat dat instrument ook eens staan. Tip uit de sportwereld: je kunt ook ‘mentaal repeteren’, zoals topsporters van tevoren hun race of wedstrijd visualiseren.
#7. Hobbycheck
Kies voor activiteiten die je kunnen ondersteunen bij het musiceren. Denk daarbij aan yoga, meditatie, Tai Chi of sporten waarbij je de spiergroepen die je gebruikt in goede conditie houdt. Een rugschoolles is ook een nuttige investering. Je leert niet alleen hoe om te gaan met je lichaam, maar ook wat de minst belastende til-, zit- en heftechnieken zijn..
#8. Wat te doen bij kleine pijntjes?
Tips van gitarist Scott Tennant: “Overbelasting voorkomen is een kwestie van de juiste mentaliteit hebben. Pijn staat gelijk aan een verkeerslicht dat op rood staat. Stoppen! Niet door de pijn heen spelen. Door maximaal één uur achter elkaar te repeteren en daarna een uur pauze in te lassen, slaag ik erin pijn buiten de deur te houden. Stress en spanning bestrijd ik op dezelfde manier. Lukt het me niet een bepaalde oefening onder de knie te krijgen dan stop ik ermee, wacht tot mijn hoofd helder is en pak de oefening dan weer op. Dat ik dan soms een half uur ‘verspil’ met niets doen, zal me een zorg zijn. Voor mij werkt een frisse start het best.”
Websites en boeken
- muziekenzorg.nl: alles over blessures bij musici, de preventie, de behandeling en de behandelaars ervan
- thehandclinic.nl: behandeling van hand- en polsklachten
- oorcheck.nl: testen en informatie op het gebied van gehoorschade
- Rug- en nekklachten klein krijgen (Wim Rombaut), ISBN 90 5466 808 3
- Alexandertechniek (Robert Macdonald & Caro Ness), ISBN 90 5764 272 7
Interview met een muziekfysiotherapeut
Gitaristen met protesterende pezen en blazers met rammelende gebitten. ”Overbelasting is een optelsom. Waarom wachten tot je behandeld móet worden?”, vraagt muziekfysiotherapeut Ida de Boer zich af. Haar devies: ”Onderhoud je lijf en voorkom blessures.” Een kijkje onder de muzikantenmotorkap.
Triggerfinger
De fraaie term triggerfinger verwijst naar een Belgische band en naar de vinger die de trekker overhaalt, maar tendovaginitis stenosans (zoals medische termenfetisjisten het noemen) is ook een blessure. Bij triggerfinger verhaakt de buigpees van de vinger achter een verdikking in de peesschede. De vinger blijft in de gebogen stand staan. Triggerfinger is dus te verkiezen als bandnaam, maar is al vergeven en hoewel het hier over muzikantenblessures gaat, toch een suggestie voor wie nog een catchy bandnaam zoekt: Satchmo’s Syndrome! Komt die even lekker binnen. Hij is vernoemd naar trompettist Louis Armstrong die kampte met een gescheurde mondkringspier. Aanbevolen albumtitel: Frozen shoulder. Dat is een aandoening die de beweeglijkheid van de schouder dusdanig inperkt dat de instrumentale bijdrage van de muzikant mogelijk niet verder reikt dan het bedienen van een koffiemolen.
No pain, no gain
Ter zake. Muziek maken is topsport, wie uit wil blinken moet pijn lijden. Oefenen tot je er bij neervalt op instrumenten die eerder lijken gemaakt als martelwerktuigen voor de inquisitie, dan voor ergonomisch gemak. No pain, no gain. Musiceren kan lijf en leden slopen. Klagen over pijn, optredens afzeggen wegens fysieke ongesteldheid; het is not done. Je laat je publiek en andere bandleden niet in de steek, of je zou in de fase van voltooid leven moeten verkeren. Toch is er een kentering als het gaat om het serieus nemen van muzikantenklachten, zowel door muzikanten zelf, als door hulpverleners. Het gros van de klassieke musici loopt geregeld met pijn. Ze zijn beroeps en in dienst van een orkest, dus vallen ze onder de Arbowet. Zo is er recent meer aandacht voor hun werkomstandigheden en daaruit voortkomende blessures, al spelen ze nog wel steeds op stapelbare kantinestoelen, terwijl het gehoor zich comfortabel nestelt in rood pluche.
De stimulus
Ida de Boer (50) is sinds 1998 fysiotherapeut van Het Gelders Orkest en runt in Arnhem fysiotherapiepraktijk De Stimulus. Er is bij het orkest veel wegbezuinigd, maar zij is still going strong. Sinds haar aantreden is het ziekteverzuim bij het orkest stevig teruggedrongen. Intussen kruipen steeds vaker rock-, jazz- en popmuzikanten, steunend en kreunend over de drempel van De Stimulus op zoek naar heilzame aandacht. Of je nu klassiek, rock, jazz of pop speelt, de klachten zijn dezelfde. Het heeft vrijwel altijd met overbelasting van het bewegingsapparaat te maken. Gitarist Leo Pennock is een regular in de praktijk van De Boer. Hij en zijn Hagstrom-gitaar (hij restaureert gitaren van dit merk) zijn onafscheidelijk. Pijn in het polsgewricht van de linkerarm was de klacht. Het gaat nu goed. Af en toe heeft hij nog een onderhoudsconsult. De Boer controleert Leo’s spierspanning en kijkt of de aansturing van de betrokken spieren in orde is. ”Ik steek in op de persoon en op het instrument. Ik vraag om het instrument mee te brengen of een filmpje te maken tijdens het spelen. Ik maak een houdingsanalyse, een speelanalyse en onderzoek het lijf. Vervolgens stem ik het behandelplan af op die niveaus. Bij de speelanalyse test ik de aanspanningspatronen van de spieren. Wat gebruik je veel? Waarom is de grip met links overbelast? Hoe praten de hersens met de spieren? Geen spier beweegt zonder de hersens. ” ‘Onder de motorkap kijken’ noemt ze het. ”Wat is je verhaal? Hoe is het gekomen? Als je bent nagegaan hoe een klacht is ontstaan, weet je waar de oplossing ligt. ”
Grip
Leo Pennock kreeg zijn blessure door een combinatie van véél gitaarspelen, véél motorrijden en véél fietsen. Behalve van zijn pols kreeg hij ook last van de strekspier van de vingers. ”Overbelasting is een optelsom”, zegt De Boer. Zijn grip op de dunne gitaarhals van zijn Hagstrom was overigens perfect. Om zijn pols te ontlasten verving Pennock het stuur van zijn fiets en verhoogde het stuur van zijn motor. Voor Pennock is een dunne gitaarhals ideaal, maar niet voor de punkgitarist met een tenniselleboog. ”Die jongen heeft kolenschoppen van handen en speelde op een bas met een dunne hals. Hij moest op zoek naar een gitaar met een hals die meer grip geeft, zodat hij een grote ontspannen vuist kan maken, in plaats van een kleine gespannen vuist.” ”Gitaristen hebben in het heetst van de strijd vaak de neiging om met de duim te gaan knijpen”, zegt De Boer. ”Maar dat is nergens voor nodig. De duim hoeft alleen maar tegen de hals te steunen als tegenwicht voor de druk van de vingers op de snaren. Het is een onbewuste reflex. Het zenuwstelsel wil liever een vuistje aansturen dan selectief de vingers. Vooral bij lastige stukken krijg je dit soort reflexen. Als jij iets van je lijf vraagt en het is moeilijk, zetten de hersenen álle zeilen bij. In uiterste concentratie gaan muzikanten daarom bekken trekken en allerlei dingen met de kauwspieren doen. Het is eigenlijk onbewuste compensatie.”
Harnas
”Gisteren had ik een basgitarist met een verdikking van een pees in de linker ringvinger. Dat zie ik heel veel: pezen die protesteren tegen langdurige belasting of piekbelasting. De muzikant zei dat hij sinds kort in twee bands zit en veel meer is gaan spelen.” Is het beste advies niet gewoon: minder spelen? De Boer: ”Dat adviseert de gemiddelde huisarts, maar ik kom daar niet mee weg.” Reden waarom ze geblesseerde muzikanten technische en tactische tips meegeeft. Een dertienjarige drummer met pijn in de achillespees kreeg het advies podozooltjes te laten aanmeten. ”Zijn achillespees stond een beetje raar onder z’n kuit vanwege z’n platvoeten.” Saxofonisten met nekklachten adviseert ze het saxofoonkoord te vervangen door een tuigje dat het gewicht over de schouders verdeelt. ”Vooral die dunne bebopkoordjes trekken de nek in een rare bocht en dat is hinderlijk tijdens het blazen.” Beter nog is een ‘harnas’ dat de saxofonist om de schouders hangt. Maar deze oplossingen zijn niet erg sexy. De Boer: ”Muzikanten associëren ze met de gehandicaptenwereld. Maar zodra ze merken dat het verbetering geeft, zijn ze enthousiast.”
Hyper
In de muziek komen relatief veel mensen met hyperfocus en hypermobiliteit voor. Muzikanten met dit label bereiken grote hoogten, maar ze lopen ook makkelijk blessures op. Voor muzikanten met hyperfocus is geen berg te hoog, ze roepen zichzelf geen halt toe: nóg een uurtje dooroefenen want dan word ik beter. De Boer: ”Dat is een heikel punt. In de muziek kan het altijd beter.” Hypermobielen, op hun beurt, hebben overbeweeglijke gewrichten en halen op hun instrument geweldige capriolen uit. ”Je ziet hypermobielen ook veel in het circus. De keerzijde is ze dat ze hun spieren veel zwaarder moeten belasten om de boel stabiel te kunnen houden.” Hypertypes zijn niet te remmen. De Boer: ”Ik kan hooguit veilige grenzen aangeven. Zet een wekker als je steeds over het randje dreigt te gaan. Las een pauze in. Geef een blessure kans om te herstellen.” Het grootste probleem is dat muzikanten pas hulp inroepen als ze slechter gaan spelen. De Boer geeft met een collega een professionals health course aan alle eerstejaarsstudenten van de HKU in Utrecht. ”Onze eerste vraag is: heb je wel eens een blessure gehad en wanneer trok je aan de bel? Heb je drie weken lang terugkerende pijn, of pijn tijdens piekbelasting, laat er dan naar kijken. Waarom wachten tot je behandeld móét worden? Als vuistregel geldt: de weg terug is twee keer zo lang als de weg heen. Een half jaar wachten is een jaar herstel. En eindeloos pijnstillers slikken is af te raden: dat is uitstel van executie.” De beste manier om blessures te voorkomen is in balans blijven. ”Een slecht uithoudingsvermogen, verkeerde eetgewoonten en te weinig slaap zorgen eerder voor overbelasting. Wil je beter belastbaar zijn, werk dan aan je algehele conditie”, aldus de muziekfysiotherapeut.
Flow
Muzikant is het mooiste beroep van de wereld en volgens de muziekfysiotherapeut zit ‘m daar ook de valkuil bij het ontwikkelen van blessures. Muzikanten gaan onvoorwaardelijk voor de flow. They play for kicks, dat euforische gevoel waarbij je vleugels krijgt, je in een stroomversnelling komt en je alles aan lijkt te kunnen. ”Flow geeft betere coördinatie, het doet iets in je hersenen waardoor je meer kan en je lijf niet meer voelt, de tijd staat stil, je zit in een andere dimensie. En je voelt geen pijn, die komt pas de volgende dag.” De toestand is te vergelijken met runners’ high bij hardlopers en is verslavend; wie het heeft ervaren wil er steeds meer van, met extra kans op overbelasting.
Collega
Gelukkig genezen de meeste blessures, tenminste als ook de bovenkamer een beetje meewerkt. De Boer: ”Hoe je over je klacht denkt, heeft invloed op je herstel. Daar begeleid ik op. Ik roep nooit: dát is een tenniselleboog! Grote kans dat de stress toeslaat. Ik zie die dramatisch blik al: oei, dit is einde carrière.” Stress is trouwens een constante in de bagage van musici. ”Ik ken geen muzikant die stressvrij is. Optreden is spannend. Veel vocalisten en muzikanten zetten dan hun adem vast, of ze gaan heel hoog ademen. Het is een stressreactie. Probeer onder alle omstandigheden normaal te ademen. Spanning kan een positief effect hebben op je performance, maar het moet niet zo zijn dat stress je hindert en blokkeert. En heb je stress door je negatieve manier van denken, ga dan naar mijn collega van het denken.”
Blazersleed
Een klasse apart in de praktijk van Ida de Boer zijn geblesseerde koperblazers. Behalve met nek, schouders, armen en vingers, lopen zij nog eens extra risico met hun mond- en gezichtsspieren. De Boer ziet regelmatig koperblazers met rammelende gebitten. Tanden zitten los door de druk en vibratie van het mondstuk. Soms geeft een veranderde stand van het gebit klachten. Een geval van focale dystonie, waarbij spasmen de embouchure onmogelijk maken, bleek uiteindelijk onbehandelbaar. De Boer: ”Bij deze vorm van focale dystonie trekt de kringspier van de lippen onwillekeurig samen, waardoor je geen goede tonen meer kunt maken.” De trompettist in kwestie ving het op met steeds grotere mondstukken, maar uiteindelijk viel voor hem toch het doek.
Zie ook
» Wat is de beste gehoorbescherming voor mij?
» Efficiënt bewegen als muzikant – Leer het met deze methodes
» Ademhaling voor muzikanten
» Gehoorschade voorkomen? Neem de gevaren serieus!
» Zithouding voor muzikanten – Leer opnieuw zitten!
» Strak leren spelen? Doe deze oefeningen!
» Zangtechniek – Leer alles over zingen
» Drummen en onafhankelijkheid – 10 oefeningen
» Met plectrum spelen: hier leer je hoe!
» 7 effectieve tips om sneller gitaar te spelen
Nog geen reactie...