De equalizer – afgekort: EQ – is het belangrijkste stuk gereedschap van de mixing engineer (op de level fader na dan). Maar als beginnende DAW- of mengpaneel-gebruiker vraag je je misschien af wat equalizers eigenlijk zijn en waarom je ze moet gebruiken. En welke equalizer kies je: de grafische of de parametrische? In dit blog leg ik het uit! Daarbij behandel ik ook belangrijke begrippen als curve en low cut/high pass.

Equalizer: wat is het en waarom gebruik je het?

Equalizers in het kort

We beginnen met een korte uitleg van de equalizer. Wat is dit voor iets, waarom gebruik je equalizers, wat voor soorten zijn er en hoe zit het met ‘curves’? Daarna kun je – als je eraan toe bent – dieper in de theorie duiken met een nog veel uitgebreidere equalizer-verkenning!

Wat is een equalizer?

Heb je wel eens gebruik gemaakt van de ‘bass’- of ‘treble’-knop op je geluidssysteem? In feite is dit een eenvoudige equalizer. Eigenlijk is een equalizer een soort volumeknop waarmee je een deel van het frequentiespectrum harder of zachter zet. Met de ‘bass’-knop zet je alleen de lage tonen harder of zachter en met de ‘treble’ alleen de hoge. Technisch gezien heeft dus iedereen wel eens een EQ gebruikt. Maar wat betekent ‘equalizer’ in de praktijk?

Equalizers in de praktijk: waarom gebruik je ze?

Als je een arrangement hebt met meerdere instrumenten zal het je al snel opvallen dat sommige instrumenten helemaal ondergesneeuwd raken. Dit gebeurt vooral als er meerdere instrumenten tegelijk in hetzelfde frequentiegebied spelen. Dit fenomeen heet ‘maskering’. Met een equalizer kun je instrumenten uit elkaars vaarwater halen. Hele lage frequenties voegen bijvoorbeeld weinig toe aan een zang- of gitaarpartij. Door dit gerommel weg te halen met een high pass-filter (dit bespreek ik straks) maak je meer ruimte voor de basgitaar en de kick. Je kunt ook frequenties versterken om bijvoorbeeld de verstaanbaarheid van de zang te verbeteren of om bepaalde karaktereigenschappen van een instrument uit te vergroten. Equalizers zijn er in alle soorten en maten maar als we kijken naar de bediening, zijn ze grofweg op te delen in twee groepen: grafische en parametrische equalizers.

Grafische equalizers

Bij een grafische equalizer is het hele hoorbare frequentiespectrum opgedeeld in een aantal banden. Iedere band heeft een vaste frequentie en een schuif waarmee je die frequentie en de direct aangrenzende frequenties harder of zachter kunt zetten. Bescheiden grafische equalizers met een stuk of zeven banden kun je tegenkomen op (bas)gitaarversterkers en pedalen. In concertzalen gaat de master output van het mengpaneel vaak door een grafische equalizer om de mix wat aan te passen aan de akoestiek van de zaal. Deze equalizers hebben vaak 31 banden, soms zelfs apart voor het linker en rechter kanaal. Het voordeel van grafische equalizers is dat je het hele frequentiespectrum overzichtelijk voor je hebt.

Parametrische equalizers

Parametrische equalizers hebben meestal tussen de drie en zeven banden. Dit lijkt misschien veel te weinig, maar deze banden kun je als gebruiker zelf over het frequentiespectrum schuiven met de ‘frequency’ knop. Soms over het hele spectrum, soms over een deel, waarbij de banden elkaar deels overlappen. Met de ‘gain’-knop kun je de gekozen frequentie harder of zachter zetten. De ‘Q’-factor bepaalt in hoeverre de band invloed heeft op de naastgelegen frequenties. Parametrische equalizers kun je tegenkomen op de individuele kanalen van een mengtafel en ook de EQ die standaard in je DAW zit is meestal parametrisch. Voor zowel bij het mixen in de studio als live worden voornamelijk parametrische equalizers gebruikt.

Equalizer-blog: parametrisch

Curves

Met name parametrische equalizers kunnen verschillende soorten ‘curves’ hebben. De banden van een grafische equalizer zijn altijd ‘bell’-curves. Met een ‘bell’-curve kun je een ‘piek’ of een ‘dal’ maken in het frequentiespectrum (zie afbeelding 1 hieronder). Low cut filters (ook wel high pass filters) halen onder de ingestelde frequentie alles weg. Precies het omgekeerde is een high cut filter (ook wel low pass filter). Dit type filter haalt alles boven de ingestelde frequentie weg. Beide types zie je in afbeelding 2. Overigens zijn de ‘treble’- en ‘bass’-knop, waar ik het eerder over had, respectievelijk high en low shelves (zie afbeelding 3). Met een low shelf kun je alles onder de ingestelde frequentie geleidelijk versterken of verzwakken. De high shelf doet precies wat de naam doet vermoeden: hij versterkt of verzwakt de ingestelde frequentie en alles daarboven.

Afbeelding 1 – Links: een bell boost met een lage Q-factor – Rechts: een bell cut met een hoge Q-factor:

Equalizer-blog: bell filter

Afbeelding 2 – Links: high pass / low cut filter – Rechts: low pass /high cut filter:

Equalizer-blog: high pass/low cut en low pass/high cut

Afbeelding 3 – Links: low shelf cut en boost – Rechts: high shelf cut en boost:

Equalizer-blog: high shelf en low shelf

De equalizer: uitgebreide uitleg

Met een equalizer kun je de klankkleur van een audiosignaal aanpassen door frequentiegebieden te versterken of te verzwakken. Dit is een creatief maar vooral subjectief proces. Iedere producer heeft weer een andere mening over wanneer een equalizer een mooi resultaat brengt. Enerzijds kun je dus je gang gaan, als jij iets mooi vindt klinken dan moet je er vooral voor gaan. Maar er is ook nog zoiets als ervaring, en dan heeft het wel wat om een filmcitaat uit Blade Runner erbij te pakken. “I want to see a negative before I provide you with a positive” Met andere woorden: je moet eerst ervaren hoe het niét moet voordat je zeker weet hoe het wél moet. Want het kan inderdaad ook flink verkeerd gaan.

Problemen met equalizing

Er zijn dus altijd beren op de weg te vinden bij dit effect, klankinflatie is er eentje. Je kunt zo lang klankveranderingen toepassen als je wilt, en op een bepaald moment ervaar je het niet meer. Je gehoor is namelijk erg vatbaar voor gewenning. Aan het eind van een lange mixage-sessie denk je dat je al je equalizerinstellingen goed hebt staan. Je neemt even een grote break, je luistert wat naar andere muziek. Vervolgens beluister je je mix weer, en dan is het toch wel schrikken, want in je herinnering klonk het veel beter. Dit is misschien wel de vervelendste beer die er is, want er is amper ontkomen aan. De oplossing is regelmatig A/B’en. Dit houdt in dat je tijdens je mixage naar bestaande muziek in hetzelfde genre luistert. Je gehoor wordt zo weer gereset naar nul omdat het went aan die – op dat moment – nieuwe klank. Ook luisteren naar muziek in een ander genre kan beslist geen kwaad.

Nog zo’n beer op de weg is het risico dat je hoge tonen over de hele linie steeds luider worden. Je laat een instrument opvallen met een equalizer, en daarna het volgende instrument, en daarna het volgende instrument, net zo lang tot je tien instrument hebt bijgewerkt. Het eerste instrument valt inmiddels niet meer zo op, waarop je dat instrument weer opnieuw gaat bijwerken met de equalizer. En zo gaat het maar door. Ook hier weer geldt: A/B’en, luister naar wat andere producers doen. Sowieso geldt dat mixen een kwestie is van keuzes maken. Soms moet een heel mooi instrument toch meer een achtergrondrol vervullen om instrumenten in de voorgrond meer ruimte te geven. Dat lijkt zonde van al die mooie klanken, maar in de journalistiek hebben ze hier een term voor: “kill your darlings”. Het is niet anders..

mvs_blog_equalizer_5

Vocalen en instrumenten

Bij een zangstem kun je redelijk wat hoge tonen toevoegen (treble), de articulatie van de woorden is dan wat duidelijker. De stem wordt ook wat sprankelender, met name in popmuziek komt deze rijke klankkleur goed van pas.

Iemand die van hoge tonen zowat een kunstvorm heeft gemaakt is sopraan Sarah Brightman, in ieder geval daar waar het haar popstem (borststem) betreft. Naast het feit dat ze vooral met een zachte stem zingt (die daardoor toch al erg ‘airy’ overkomt) is er een flinke dot hoge tonen boven de 12 kilohertz aan haar stem toegevoegd. Als bij Sarah de mid/lage tonen ook nog eens worden verminderd is er bijna sprake van melodisch fluisteren.

Natuurlijk heeft een tenor-, bariton- of basstem om dezelfde redenen baat bij een boost van de hoge tonen; een duidelijke klankkleur en betere articulaties. Waarom zou je de stem eigenlijk willen verduidelijken? De normale stem die je in het dagelijks leven hebt is immers ook niet door een equalizer gehaald. Het antwoord luidt: “de mix”. De stem moet namelijk wel duidelijk boven de muziek uit kunnen komen. Instrumenten, inclusief complete orkesten, worden vandaag de dag steeds vaker close-miked opgenomen. En net als de stem moeten die instrumenten ook goed voor de dag komen, dus daar wordt ook met equalizers gewerkt om ze wat sprankelender te maken. Het is al lang niet meer zo dat een zangstem echt op de voorgrond staat terwijl het orkest wat weggemoffeld op de achtergrond klinkt. Omdat alles tegenwoordig zo duidelijk en full-range is gemixt heeft de zangstem ook wat meer verduidelijking nodig.

Vroeger, in de tijd van de theatrale opera’s van Wagner, lag dit natuurlijk anders. Er was geen sprake van elektronische versterking, laat staan elektronische equalizing. Als een sopraan of tenor boven een groot orkest moest uitsteken was een borststem eigenlijk geen optie. De kopstem (of falsetstem) kan een luidere en duidelijkere toon creëren. Dat een Sarah Brightman met een airy popstem (borststem) zingt te midden van een groot orkestraal arrangement is dus typisch voor een studio-act. ‘Unplugged’ is dit onmogelijk. Met versterking (en een equalizer) zou het live kunnen, maar alleen als de engineer weet wat ‘ie doet.

Het verduidelijking van klanken is precies wat vandaag de dag tijdens het mixen gebeurt. Je wilt dat alle partijen de juiste klankkleur krijgen, bijvoorbeeld om ze meer of juist minder opvallend te maken. Als een van de instrumenten wat meer naar de achtergrond gaat (door bijvoorbeeld wat hoge tonen weg te halen) dan springt een ander instrument er juist wat meer bovenuit. Ook hier is er weer sprake van subjectieve keuzes, want wat je belangrijk vindt is puur persoonlijk.

Film

Bekijk en beluister eens een filmmusical, als je goed luistert hoor je dat de dialoogstemmen anders klinken dan de zangstemmen. Die gezongen stemmen zijn natuurlijk aparte studio-opnames die in het geheel gemixt zijn, ze klinken net iets helderder en sprankelender dan de normale filmstemmen. Eigenlijk is dit niet dus niet helemaal correct, het was authentieker geweest als de studioversie met een equalizer was bewerkt zodat deze beter zou matchen met het de dialoog.

In veel films is het nog wat extremer. Aangezien daar nog weleens overdubs worden toegepast (een acteur neemt dan z’n stem voor een dialoog in een geluidsstudio op) hoor je daar dus ook ineens een ander soort klank; helderder en zonder de omgevingsakoestiek. Als je het eens wilt bestuderen: als een acteur op een paard rijdt en al pratend aan de horizon verdwijnt, bedenk je dan dat de filmcrew op een grote afstand staat. Er kan in het open veld boven het paard dus geen microfoonhengel hangen. Dat moet een overdub zijn! Het zou alleen mooi zijn als de montageafdeling ook hier een equalizer zou toepassen om de overdub enigszins te laten lijken op het echte dialooggeluid.

Mid-laag

In het mid-laag zijn de mogelijkheden om een puinhoop te verkrijgen vrijwel eindeloos. Het is hét frequentiegebied waar je bassen zitten, en te veel galm of delay is hier funest. In het algemeen is het voor het mid-laag gedeelte in je muziekmix opletten geblazen. Het kan geen kwaad om met een equalizer dit gebied een beetje in te dammen. Dit levert al gauw een zekere mate van ademruimte op in je mix. Het betekent overigens niet dat je helemaal geen mid-laag ‘mag’ hebben. Maar als je in dit gebied de ruimte geeft aan een goede bas, zonder dat andere instrumenten daar erg aanwezig zijn, dan levert dat een enorme rust op.

Wellicht is “Thriller” (Michael Jackson) een mooie referentie; de kenmerkende baspartij zit onderin redelijk geïsoleerd te spelen, en droog. Zelfs de bassdrum is onderin niet extreem aanwezig, wel in de wat hogere frequenties overigens. Met andere woorden: er is absoluut de suggestie van een bassdrum, terwijl de bassen in het mid-laag nog steeds alle ruimte hebben. Een mooie toepassing van equalizing dus; lang leve de mixage van Bruce Swedien!

Klankkleur

Met een equalizer kun je natuurlijk ook de basisklank van een instrument aanpassen. Elektrische gitaren bijvoorbeeld zijn gewillige instrumenten die een equalizer kunnen benutten. Zo levert een vooraf met een equalizer bijgewerkte gitaarklank een andere oversturing op, indien dat effect wordt gebruikt. Een overstuurd signaal (overdrive-effect) wordt door het weghalen van wat hoge tonen wat minder agressief en slokt zo minder van je mix op. Dat laatste is in het algemeen wel belangrijk. Een qua frequenties enorm aanwezig instrument slokt je hele mix op, met name als zo’n instrument qua stereoplaatje ook nog eens heel erg breed klinkt. Mixen is in dit soort situaties de kunst van het weglaten.

Maar ook bij een mooie cleane gitaarklank is het interessant om met een equalizer te experimenteren. Ook bij instrumenten als piano’s kan het lonen om de hoge tonen te benadrukken, ze priemen zo makkelijker door de mix heen.

Klanksynthese

Binnen synthesizers hebben equalizers een bijzondere rol. Technisch (de werking van het algoritme) zijn ze redelijk vergelijkbaar met de filters in een synthesizer. Een filter markeert een frequentie waarboven en/of waaronder alle frequenties botweg worden verwijderd. Een equalizer markeert echter een frequentiegebied dat luider of zachter kan worden gemaakt, de invloed is dus vooral subtieler dan dat van een filter. Eigentijdse synthesizers (zowel hardware als software), en met name de grote workstations, zijn dikwijls uitgerust met een equalizer in de effectensectie. Bij FM8 (onderdeel van Komplete) ligt de equalizersectie zó voor het grijpen dat de equalizer zowat een kernrol vervult in het maken/kleuren van een klank. En inderdaad; je kunt uren bezig zijn om de perfecte klank te formeren met oscillatoren en filters, terwijl je met een equalizer makkelijk en snel precies de juiste toon weet te zetten.

Heeft je hardware synthesizer geen equalizer aan boord? Een losse equalizer kán dan klanktechnisch een erg interessante toevoeging zijn aan een synthesizer, als je ermee kunt leven dat die equalizerinstellingen niet worden opgeslagen binnen je synthesizer.

Klik hier voor een overzicht van equalizerpedaaltjes.

Correctie

De beste studiomonitoren hebben een vlakke frequentierespons, dit geldt overigens ook voor microfoons. Maar bestaan deze monitoren wel? Jazeker, maar de kans dat je ermee in aanraking komt is niet zo groot. Bij de Wisseloordstudio’s gebruiken ze grote PMC-speakers, ze zijn extreem vlak qua frequentierespons. En extreem duur; ga gerust uit van bedragen waar je een mooi huis van kunt kopen.

Met een wat goedkopere speaker, die her en der niet helemaal kaarsrecht is, kun je toch een vlakkere frequentiekarakteristiek ‘faken’. Je hebt dan een grafische equalizer nodig én iemand die er echt verstand van heeft. je corrigeert dan als het ware de wat wobbelige frequentiekarakteristiek van de speaker met die equalizer. Deze correctie is ook gelijk de hoofdreden dat dergelijke equalizers worden gemaakt. Overigens, de beste oplossing is natuurlijk altijd een speaker met een vlakkere frequentierespons, maar die zijn gewoon kostbaarder en daarom niet voor iedereen een haalbare oplossing.

mvs_blog_equalizer_3

Bekijk de grafische equalizers bij Bax-shop.

Voor microfoons geldt eigenlijk hetzelfde. Een beetje nette microfoonvoorversterker is voorzien van toonregeling waarmee het klankkarakter van een microfoon bijgesteld kan worden.

Prijzen

Equalizers hoeven niet bijzonder kostbaar te zijn, maar natuurlijk bestaan er ook equalizers waar je een middenklasse tweedehands auto van had kunnen kopen. De SPL Passeq is een mooi voorbeeld. ‘Waarom zo duur’ vraag je je af.. Het is een beetje een complex verhaal, en dat verhaal gaat ook zeker niet in z’n compleetheid in dit blogartikel verschijnen. Maar in een notendop: het geheim van dure equalizers is de fase van het signaal. Deze blijft accurater vergeleken met de goedkopere modellen waar faseverschuivingen aan de orde zijn. Het lijkt niet heel belangrijk, maar grote studio’s kunnen het zich veroorloven, en hebben dan ook engineers in dienst die het verschil wél belangrijk vinden.

mvs_blog_equalizer_4

Zie ook

» 500 series Lunchbox: ideale analoge studio-apparatuur
» 5 manieren om je mix harder te laten klinken
» Effecten en hun toepassingen: de equalizer
» Zang-opnames mixen in 5 stappen
» Hoe omgaan met slecht monitor-geluid op het podium?

» Equalizers (hardware)
» Equalizers (plugins voor DAW)
» Equalizer-effectpedalen (gitaar en bas)
» DAW-software
» Mengpanelen

Geen reactie

Nog geen reactie...

Laat een reactie achter