Hoe word ik lichttechnicus?
Gepubliceerd op dinsdag 31 juli 2018
Als je gaat kijken naar een band, een DJ of een theatervoorstelling is het natuurlijk fijn als je de artiest ook kunt zien. Dat is de taak van de lichttechnicus. Maar een lichttechnicus doet veel meer dan een lampje aanzetten. Is het je bijvoorbeeld wel eens opgevallen dat de kleuren mee veranderen met de sfeer van de muziek? En dat lampen in de maat meebewegen? Onze productspecialist Floris legt uit wat er allemaal bij komt kijken om lichttechnicus te worden. Daarnaast een interview met lichtman Jimmy Konickx, over creatief roeien met de riemen die je hebt als lichttechnicus.
Wanneer zag jij het licht?
Zelf is Floris met een omweg in de lichttechniek terecht gekomen. In eerste instantie studeerde hij voor geluidstechnicus maar toen hij op school een lichtklas bezig zag met movingheads werd hij wel heel nieuwsgierig. Thuis is hij gaan oefenen met een Ayra movinghead en een eenvoudige Ayra OSO lichtcontroller. Zoals muzikanten vaak wel een paar grote voorbeelden hebben noemt Floris Jeff Maker als zijn grote voorbeeld. Jeff Maker is vaste lichttechnicus bij de Amerikaanse band All Time Low. Floris is zeer te spreken over de manier waarop Jeff Maker gebruik maakt van beams. Lichtbundels met warme kleuren zoals rood en oranje maken uptempo passages nog opgewekter. Lichtbundels met koude kleuren als cyaan leggen bij ingetogen passages juist de nadruk op de melancholische sfeer.
Waaruit bestaat een basis licht-setup?
Of je nu het licht doet voor een band, een DJ of voor een theaterstuk, de combinatie van frontlicht en toplicht is altijd een goed uitgangspunt. Frontlicht bestaat meestal uit een spot die vanuit de zaal de artiest op het podium uitlicht. Toplicht hangt meestal recht boven het podium en wordt gebruikt om sfeer te creëren. Om een mooie egale kleurwaaier te krijgen wordt hier over het algemeen een wash voor gebruikt. Uiteraard kun je het zo gek maken als je zelf wilt. Op grote dance-feesten gaat de lichttechnicus minstens zo hard los als de DJ. Bij dit soort shows wordt veel gebruik gemaakt van bewegend licht. Om dit goed synchroon te laten lopen wordt de show van te voren afgestemd op de set van de DJ.
Begin simpel
Het eerste advies dat Floris geeft aan beginnende lichttechnici: begin simpel. Met een eenvoudige controller en een LED-bar kun je al hele leuke dingen leren programmeren. Een goede oefening is ook om je hierbij te richten op muziek. Als lichttechnicus is het namelijk belangrijk dat je ook enige muzikale kennis hebt. Weet je wanneer het refrein begint? En de gitaarsolo? En de grote vraag bij EDM… waar zit ‘the drop’? Op Youtube zijn talloze voorbeelden te vinden van kleine en grote lichtshows.
Van slaapkamer naar podium
Begint het bij jou te kriebelen en wil jij ook lichttechnicus worden? Floris raadt aan om gewoon eens bij een plaatselijk poppodium te vragen of je als vrijwilliger praktijkervaring mag komen opdoen. Verwacht niet dat je meteen achter de knoppen komt te staan, maar zelfs als je in het begin alleen maar kabels aan het rollen bent kun je een hoop opsteken door goed om je heen te kijken. Thuis kun je natuurlijk veel uitproberen maar het klappen van de zweep leer je pas goed bij echte optredens. Het was tijdens zo’n ‘echt’ optreden dat Floris er achter kwam hoe belangrijk een rookmachine is tijdens een lichtshow. Zonder rook zie je de lichtbundels niet. Verder weet je ook niet altijd wat er gaat komen. Op kleinere festivalletjes komt er gewoon een band het podium op en begint te spelen. In zo’n geval is het erg belangrijk dat je de lichttafel zo hebt ingericht dat je precies weet waar alles zit.
Interview: Creatief roeien met de riemen die je hebt
Er zijn veel muzikanten die in de spotlights staan, maar degenen die instaan voor de werking van die spotlights zijn dunner gezaaid. Een van die creatieve technici is de ervaren freelance lichttechnicus Jimmy Koninckx. De fascinatie voor de knopjes begon bij Jimmy al als kind. “Ik was nog erg klein toen ik met mijn ouders naar mijn eerste concerten ging. Toen ik de mannen achter die grote tafels vol knopjes bezig zag, was ik meteen verkocht. Dat was wat ik later ook wilde doen! Best wel grappig om te bedenken dat ik jaren later niet alleen dezelfde job doe als de technici die ik toen zag, maar ondertussen ook voor exact dezelfde band werk. Maar gelukkig leer ik ook nog alle dagen bij. Dat is ook een must wanneer je een goede lichttechnicus wilt zijn. Blijven bijscholen en jezelf kritisch beoordelen.”
Beperking
Ook een goede lichtman loopt, net als muzikanten en mix-engineers, aan tegen een beperking van zijn creatieve vrijheid. Vaak speelt budget een grote rol, weet Jimmy: “Het betekent niet omdat er ooit budget is geweest voor de aankoop van professioneel materiaal dat er ook de mogelijkheid is om continu te investeren in nieuwe technologieën en infrastructuur. Dat is uiteraard wel jammer. Hoe vaak zie je niet standaard halogeenspotjes aan de flanken van de zaal als subtiel zaallicht? Ik vind het zelf zo ongelooflijk lelijk dat ik ze liever niet gebruik. Het zou veel interessanter zijn om die halogeenspotjes te vervangen door led’s, niet alleen voor het verbruik. Zo heb je als lichtman tenminste de mogelijkheid om de hele zaal te voorzien van een specifieke sfeer, omdat je de kleuren kunt aanpassen. Maar als je de spots dan ook nog eens afzonderlijk wilt kunnen besturen, dan zijn de grote kosten niet alleen de aankoop van led-spots maar vooral het opnieuw bekabelen van de boel en dat is een dure onderneming. Ik zou zelf wel kunnen genieten van die mogelijkheden: het geeft je de kans om het totaalplaatje te perfectioneren.”
Creatief roeien
Toch zorgt die beperking voor de ontwikkeling van een goede lichttechnicus, weet Jimmy. “Ik raad iedereen aan om zichzelf bewust beperkingen op te leggen. Je mag jezelf de beste lichtman ter wereld noemen terwijl je werkt met grote lichttafels en tientallen lampen, maar je bent pas een bekwaam vakman wanneer je ook met zo goed als niets een degelijke show kunt neerzetten. Creatief roeien met de riemen die je hebt, is in dit vak wel een must.” Betekent dit dan dat een lichttechnicus een mysterieus aangeboren talent voor het combineren van elektriciteit en muziek moet hebben? “Niet zozeer”, lacht Jimmy, “Al moet je natuurlijk wel een stevige portie muzikaliteit bezitten. Het is vooral een kwestie van geduld hebben en veel afkijken van de groteren. Ook ik ben avondenlang bezig met het bekijken van grote liveshows, terwijl ik de belichting voor projecten aan het programmeren of uittekenen ben. Het zorgt voor frisse ideeën en uiteraard kun je altijd elementen van een bestaande show overnemen. De torens met lampen die hier op het podium staan, zijn ook niet ontstaan door een volledig origineel idee. Ik heb het concept wel wat verbeterd en de torens groter gemaakt dan de oorspronkelijke bedoeling. Beter goed gepikt dan slecht verzonnen toch? Nu ik er zo over nadenk: ik denk dat ik deze ook maar ga opstellen bij de volgende show. Eigenlijk stonden ze daar in de hoek om weggezet te worden, maar nu ik ze zo bekijk, kan ik ze op dezelfde positie wel laten passen in het concept. Je ziet, het is een continu dynamisch creatief proces.”
Logisch redeneren
“Het is vooral belangrijk om als lichtman op dezelfde golflengte te zitten als de muzikanten op het podium. Heeft de band specifieke voorkeuren? Dan moet je daar rekening mee houden en er voor zorgen dat deze technisch goed zijn geregeld. Wanneer de band je aan je lot overlaat of je simpelweg vertrouwt, zul je in staat moeten zijn om de muziek en de bedoeling van de performance zo goed mogelijk aan te voelen. Het spreekt voor zich dat ervaring daar een grote rol in speelt. Zoveel jaren en projecten verder heb ik vaak zelfs genoeg aan het horen van het aftikken van de drummer om te weten welke richting ik op moet met de lichten. Dat ik zelf ook een muzikant ben, zal waarschijnlijk ook wel helpen. Het is natuurlijk ook een beetje een kwestie van logisch redeneren: ga bijvoorbeeld geen stroboscopen gebruiken tijdens een akoestische set of durf je licht dynamisch te laten bewegen of flikkeren tijdens feestmomenten.” Toch kunnen beter niet alle feestjes door dezelfde lichttechnicus worden uitgevoerd. “Er blijft toch een onderscheid”, geeft Jimmy aan. “Het is net de feeling met de band en livemuziek die ervoor zorgt dat je als man achter de knoppen een prestatie kan neerzetten. Je ziet regelmatig wel mensen achter de lichttafel staan die werden gevraagd dankzij hun ervaring vanuit de fuif- of discotheekwereld. Zij gaan vaak compleet de mist in wanneer het er op aankomt een liveband te mengen. Het omgekeerde gebeurt echter ook vaak: feestjes waar een coverband slechts het voor- of naprogramma is van de discobar. Dan kun je nog de meest professionele geluidstechnicus zijn, als de infrastructuur en het type belichting niet is berekend op het uitlichten van een live-band of vooral is gericht naar de dansvloer en het publiek, dan valt er moeilijk nog wat van te maken.” Contact opnemen met de verantwoordelijke van de zaal waarin je gaat werken, is volgens Jimmy absoluut aan te raden. “Zo kom je natuurlijk nooit voor verrassingen te staan. Ik hou er ook van om steeds een plan in 3D uit te tekenen. Aan de ene kant is het handig om te zien tegen welke beperkingen van de zaal ik aan loop, aan de andere kant geeft het me ook de kans om veel persoonlijker te werken. Doordat mijn opdrachtgevers kunnen zien wat er zal komen te staan en hoe het er zal uitzien, ben ik in staat om aan te passen waar nodig en aldus alles perfect af te stellen op hun wensen.” Ondanks 3D-tekeningen en zelfontworpen lichttorens houdt Jimmy van simpele basiselementen om een show mee uit te werken. ”Het hoeft lang niet altijd zo ingewikkeld of duur te zijn. Als je goed kijkt naar die berg kabels hier, dan zie je dat het eigenlijk niets anders zijn dan kabeltjes met aan de ene kant een stekker en aan de andere kant een fitting voor een gloeilamp. Door ze op de juiste manier op te hangen of ergens neer te leggen, creëer je schitterende effecten met weinig budget.”
Handschoen en zonnebril
De tips die Jimmy meegeeft aan beginnende lichttechnici lijken in de eerste instantie banaal, maar zijn dat in de praktijk allesbehalve: “Zorg dat je steeds handschoenen en een zonnebril bij je hebt. Ik heb mijn handen al te vaak verbrand bij het snel willen inrichten of anders hangen van een spot. De meeste spots die niet led zijn, worden immers in een mum van tijd gloeiend heet. Ook een zonnebril moet een van de vaste accessoires van een lichttechnicus zijn. Bij het programmeren staar je vaak urenlang vrij rechtstreeks naar het licht, iets wat ontzettend belastend is voor je ogen. Ook bij het richten van de lampen sta je vaak veel te dicht bij het licht om nog comfortabel te kunnen werken. Een zonnebril kan je een hoop hoofdpijn besparen.”
Zie ook
> Alle Verlichting & Decoratie
> Lichtophanging: Wat heb je nodig en wanneer?
> Rookmachines: 5 do’s en don’ts voor een langere levensduur
> Wat is de beste moving head voor mij?
> Podium-verlichting: help mij kiezen!
Nog geen reactie...