Zang opnemen in de studio – Dit komt erbij kijken
Gepubliceerd op donderdag 29 oktober 2020
Je band vindt dat de tijd rijp is voor een album. Op naar de studio. En of het nu gaat om een home studio of een professionele opnamestudio, de vraag is: wat komt er allemaal kijken bij een studio-opname? Hoe kun je als zanger of zangeres ervoor zorgen dat jij en je band zo goed mogelijk uit de verf komen met deze opnames?
- Drie opnameprotocollen
- Alles tegelijk
- Spoor voor spoor
- Combinatie
- De zanger
- De studio is anders
- Koptelefoon niet te hard
- Niet meteen voluit
- Goed om te weten
- Opnemen is een must
- Praktische tips
- Zie ook
Drie opnameprotocollen
Bij het maken van een studio-opname kun je in principe kiezen uit drie verschillende opnameprotocollen:
- je speelt alles tegelijk in met de hele band,
- je neemt spoor voor spoor op
- of een combinatie van deze beide.
We lopen ze stuk voor stuk door.
Alles tegelijk
Het eerstgenoemde protocol (alles tegelijk opnemen) is de oudste vorm. Vroeger werd de hele band of het hele orkest gewoon met één mono-microfoon opgenomen. De band werd zo opgesteld dat de verschillende instrumenten en de eventuele zang in de juiste onderlinge verhouding werden opgenomen. Iemand die tussendoor een solo had, deed een paar stappen naar voren richting de microfoon. Er zijn genoeg oude opnames waarop je de voetstappen van de naderende solist kunt horen. Dit klinkt wellicht allemaal primitief, maar in de huidige tijd wordt deze manier van opnemen nog steeds gebruikt. Uiteraard niet meer met één eenvoudige mono-microfoon, maar met geavanceerde microfoons die zo zijn opgesteld dat je een mooi stereobeeld of zelfs een surroundbeeld krijgt. Deze manier van opnemen leent zich heel goed voor akoestische muziek, maar ook voor elektronisch versterkte muziek. Als je opneemt in een akoestisch ‘aantrekkelijke’ ruimte, krijg je een natuurlijke galm en krijgt iedere geluidsbron (instrument, zang) op een natuurlijke manier zijn plek in het geluidsbeeld. Als je op deze manier een goede opname weet te maken, scheelt dat veel werk in de eindmix, want de akoestiek van de ruimte heeft al het meeste werk gedaan. Het protocol van ‘alles tegelijk opnemen’ heeft ook als voordeel dat de hele band tegelijk speelt en dat is doorgaans de prettigste manier van muziek maken. Dat hoor je ook terug, want dit soort opnames klinkt vaak sprankelender en meer ‘live’ dan opnames die spoor voor spoor zijn gemaakt. Met zijn allen tegelijk opnemen vergroot wel de kans op fouten en foutjes tijdens het spelen. Dat risico moet je zo klein mogelijk maken. Dat lukt alleen als ieder bandlid zijn of haar partij door en door kent en de band in zijn geheel goed op elkaar is ingespeeld. Dan nog kan het af en toe fout gaan. In het slechtste geval moet je het hele nummer opnieuw inspelen. Maar dankzij de digitale technieken kun je dat vrijwel altijd voorkomen. Daardoor kun je steeds vlak voor de fout opnieuw starten en daar verder gaan met de opname. Je speelt het laatste stuk van de opname af en de band begint alvast mee te spelen om in het juiste tempo en feel te komen. Vlak voor het moment dat je wilt ‘inprikken’ zet je de monitors voor de band weer uit, zodat die niet worden opgenomen. Je kunt ook iedereen van een koptelefoon voorzien, dan luistert het uitzetten van de monitors minder nauw. Overigens wordt bij het opnemen van klassieke muziek vrijwel altijd zo gewerkt: van alle opgenomen gedeeltes worden de beste stukken aan elkaar geplakt. Naast muzikale voordelen van deze manier van opnemen, kan er ook nog een ander voordeel zijn: als je als band goed bent voorbereid en de opnames verlopen daardoor voorspoedig, ben je snel klaar en zijn de kosten laag. En als je helemaal je slag wilt slaan, maak je meteen wat video-opnames voor een eventuele videoclip. In dat geval is het te overwegen om een ruimte te kiezen die niet alleen akoestisch aantrekkelijk is, maar ook fotogeniek.
Spoor voor spoor
Het tegenovergestelde van alles tegelijk opnemen, is spoor voor spoor opnemen. Iedere vocalist en iedere muzikant krijgt dan zijn of haar eigen spoor. Het belangrijkste voordeel van deze manier van werken is, dat je volledige controle hebt en in iedere fase van het opnameproces nog alle kanten op kunt. Je kunt bijvoorbeeld beslissen om een bepaalde partij toch niet door de gitaar te laten spelen, maar door de toetsen. En alle andere denkbare correcties zijn nog mogelijk. De opnamemethode maakt het ook mogelijk dat je een song kunt opnemen zonder dat de muzikanten elkaar ooit ontmoeten. Dus bijvoorbeeld via internet. Bij spoor voor spoor opnemen is het ook mogelijk dat de producer, als deze meerdere instrumenten beheerst en goed kan zingen, in zijn eentje alles inzingt en inspeelt. Denk maar eens aan Prince. Vaak begint de opnamesessie met een opname van de band als geheel. Deze opname wordt dan gebruikt als de zogeheten guide track, aan de hand waarvan iedere muzikant vervolgens zijn of haar partij inspeelt of inzingt. Als de drum- en baspartij op de guide track van de gewenste kwaliteit zijn, hoeven de drummer en de bassist geen nieuwe partij meer in te spelen. Of bijvoorbeeld alleen de drumpartij blijft staan. Voorwaarde is wel dat drums en bas zo zijn opgenomen dat er geen overspraak is van de zang en de andere instrumenten. Dat betekent doorgaans dat de drummer en bassist bij het opnemen van de guide track in een andere ruimte gaan zitten. Het spoor-voor-spoor opnemen is de methode die tegenwoordig het meest wordt gebruikt.
Combinatie
Wat je steeds vaker ziet, is de derde variant: een combinatie van het alles tegelijk opnemen en het spoor-voor-spoor opnemen. Bijvoorbeeld de hele band wordt tegelijk opgenomen en bijna de hele guide track komt in de uiteindelijke opname. Maar de leadzang en de koortjes worden later nog apart opgenomen. En bijvoorbeeld ook alle instrumentale solo’s.
De zanger
Tot zover de drie verschillende protocollen. Nu verplaatsen we ons in de zanger. Neem je alles tegelijk op? Zorg dan dat je je zangpartij goed op orde hebt en die door en door kent. Dat moet in feite voor iedere studio-opname, maar in deze situatie geldt dat absoluut. Een alternatief kan zijn om bij de opname de zanger toch niet voor de band te zetten, maar in een aparte ruimte en de zang op een apart spoor op te nemen. Dan kun je de zangpartij, in zijn geheel of gedeeltes, altijd nog opnieuw inzingen. Nadeel is wel dat je de zang later op een ‘kunstmatige’ manier in een opgenomen geluidsbeeld van de band moet plaatsen. Overigens kun je dat met iedere muzikant doen: iedereen speelt tegelijk, maar ieder in een aparte geluiddichte ruimte. Je hebt dan wel de ‘live feel’, maar je mist de natuurlijke akoestiek.
De studio is anders
Hoe bereid je je als zanger voor op een studio-opname? Heb je nog geen studio-ervaring, wees er dan op voorbereid dat zingen in een studio compleet anders is dan zingen in een repetitieruimte of tijdens een optreden. Veel zangers zijn door de luidruchtige repetities gewend om stevig te moeten zingen, om zo zichzelf te kunnen horen (wat niet nodig zou moeten zijn!) In de studio is de monitoring doorgaans uitstekend, zodat je jezelf heel goed kunt horen. Dat is pure winst, maar het kan voor zangers erg confronterend zijn. Wees er daarom op voorbereid dat je in de studio een stuk zachter kan en moet zingen dan tijdens de repetities. Dat betekent niet dat je met minder power hoeft te zingen. Je kunt prima ruig zingen op een laag volume. In onze artikelen over zangtechniek hebben we daar meerdere keren aandacht aan besteed. Hoe kun je je als zanger op de studiosituatie voorbereiden? Vraag ruim voor de studiodag aan je band om de betreffende nummers tijdens een repetitie op te nemen zonder zang. Die opnames neem je mee naar huis en daar ga je rustig oefenen in een zo goed mogelijk nagebootste studiosituatie. Dat kan heel eenvoudig: je zet de muziek gewoon zacht als je meezingt. Of iets geavanceerder: je hoort jezelf terug via een monitor. Nog beter: neem op wat je doet. Thuis kun je veilig experimenteren. Zo kun je in de aanloop naar de studiodag je zangpartij polijsten tot hij helemaal ‘studioklaar’ is en jijzelf ook.
Koptelefoon niet te hard
Bij de voorbereiding hoort ook de zorg dat je teksten helemaal in orde zijn. In live-situaties kun je hier en daar nog wat smokkelen, maar dat lukt je in de studio absoluut niet. “Een goede voorbereiding is driekwart van het werk, maar ook driekwart van het plezier”, zegt zangcoach Alfons Verreijt. “Het is ook gewoon leuk om je goed voor te bereiden. En het maakt je een betere muzikant.” Stel, je hebt je goed voorbereid, dus op dat front kan het eigenlijk niet misgaan. Waar moet je aan denken als je eenmaal ter plaatse bent in de studio? Een eerste tip: zet je koptelefoon niet te hard. Onze hersenen zijn zo geprogrammeerd dat je bij een hoog volume op je oren anders gaat zingen: je gaat te hard zingen en vaak ook te hoog. Dat is een van de onderdelen van het zogeheten Lombard-effect. Dit Lombard-effect houdt in dat mensen onbewust harder gaan spreken of zingen in een lawaaiige omgeving, om hun verstaanbaarheid te verbeteren. Dit heeft ook effect op de gezongen of gesproken toonhoogte. Dit mechanisme is in 1909 ontdekt door de Franse KNO-arts Etienne Lombard. Voor veel zangers voelt het natuurlijker om ‘met één oortje los’ te zingen, dus de koptelefoon op één oor en het andere oor vrij. De kans bestaat dat dit ook voor jou geldt. Experimenteer daarmee en vraag aan de sound engineer of je beter klinkt als je met één oortje los zingt. Wat je ook kunt vragen, is of je iets galm op je zang mag hebben. Dat zingt comfortabeler.
Niet meteen voluit
“Ga niet meteen voluit op je studiodag”, adviseert zangcoach Alfons Verreijt. “Maar bouw het op en groei er langzaam in. Dat geldt voor de dag als geheel, maar ook per in te zingen nummer. Bouw ieder nummer muzikaal op en kom pas later met de heftige uithalen. Met andere woorden, geef jezelf de tijd om in de ‘flow’ te komen, zoals dat heet.”
Goed om te weten
Opnemen is een must
Ga je naar de studio en wordt dat de allereerste opname die ooit van jouw zang of muziekspel is gemaakt? Dan ben je niet slim bezig geweest. Als zanger en/of muzikant moet je jezelf geregeld opnemen en terugluisteren. Als er iets leerzaam is, dan is dat het wel. Je kunt er alleen maar beter van worden. En je bereidt je op die manier goed voor op een studio-opname. Want bedenk dat professionele studiotijd dure tijd is. Voor het maken van eigen opnames zijn tegenwoordig heel goede, handige en betaalbare apparaten te krijgen, dus daar hoef je het niet voor te laten.
Praktische tips
Enkele praktische voor zangers die de studio in gaan:
- Drink die dag geen koolzuurhoudende dranken.
- Haal je Chinees? Kies dan voor een maaltijd die niet pittig is en laat de sambal staan.
- Drink geen alcohol. Om meerdere redenen. Ten eerste werkt alcohol dehydraterend: de slijmvliezen waar je stembanden mee zijn bekleed, worden te droog en zijn daarmee ineens veel kwetsbaarder. Alcohol en drugs verhogen bovendien je pijngrens, zodat de kans groter wordt dat je je stem tijdens de opnamedag naar zijn grootje helpt. Meestal lost zich dat na een paar dagen wel weer op, maar dan zijn de (dure) studiodagen alweer voorbij.
- Bovendien ga je door alcohol en drugs slechter musiceren. Op het moment van opname denk je dat je geweldig speelt. Totdat je het in nuchtere toestand terug hoort…
Zie ook
» Microfoons en accessoires
» Zangboeken
» Vocal effects
» Speakers
» Zingen in een vocal group – Waarom dit een uitdaging is
» De zanger: het kwetsbaarste bandlid
» Hoe zorg je goed voor je stem?
» Auditie-tips voor zangers – Voorbereiding is alles!
» Zingen met emotie: hoe doe je dat?
» Zanger & repetitie – Hoe kom je boven het bandgeluid uit?
» Tekstbeleving: onmisbaar voor een overtuigende zang-performance
» Dictie, uitspraak en articulatie – Zangers kunnen niet zonder!
» De juiste houding bij het zingen
» Microfoon schoonmaken – Waarom en hoe
Alfons Verreijt
Alfons Verreijt is zangcoach en ontwikkelaar van de VocalFeedback-methode. Hij studeerde zang aan de conservatoria van Rotterdam en Hilversum. Hij was ontevreden over de bestaande zangmethode die tijdens zijn opleiding werd gebruikt en startte in 1998 een zoektocht naar een betere methode. Die leek hij korte tijd gevonden te hebben in CVT, maar toen ook deze methode niet consequent en omslachtig bleek, besloot hij van de grond af opnieuw te beginnen. Tijdens de ontwikkeling van VocalFeedback stuitte hij op dr Baxter (Old Way New Way) en NLP. Daarmee realiseerde hij zich gaandeweg steeds meer dat ons brein in staat is om meer dan 90% van het zingen op de automatische piloot te leren doen. Door middel van het zogenaamde ‘ankeren’, een term uit de NLP, worden zangtechnische lagen aan elkaar gekoppeld in het onderbewustzijn. Dit levert onmiddellijk spectaculaire resultaten op. Tijdens meer dan 150 live-uitzendingen, waarin Alfons leerlingen coacht, zie je dat er meestal al na 5 à 10 minuten duurzame en hoorbare verbetering optreedt. Alfons was als coach werkzaam op vele muziekscholen, heeft zijn eigen lesstudio en ontwikkelt online zangcurssussen. Hij werkte voor verschillende tv-programma’s, waaronder X Factor en Popstars, als zangoach en talentscout.
Bestel ‘De Essentie van de Stem’
Het boek van Alfons Verreijt, De Essentie van de Stem, is voor 25 euro inclusief verzendkosten te koop bij Alfons en Peggy Verreijt. Stuur een e-mail naar pverreijtvalke@gmail.com. Je ontvangt dan de bestelgegevens, waarna het boek naar je wordt opgestuurd.
Op zoek naar een Vocal Feedback Methode-coach?
Neem contact op met Nandy Mannaert! Zij kan je vertellen waar in Nederland je een Alfons Verreijt Vocal Feedback Methode-coach kunt vinden.
Nog geen reactie...