Welke beginnende band heeft niet op zijn minst één nummer van Skunk Anansie geprobeerd? Waarschijnlijk zijn ze op één hand te tellen. Naast de geweldige vocalen en het extravagante voorkomen van zangeres Skin, valt ook het solide gitaarwerk van gitarist Martin ‘Ace’ Kent op. Door zijn recente samenwerking met het Nederlandse NEXI Industries, kregen wij de kans om even met hem te praten over – natuurlijk – de band, het creëren van een sound en hoe je een rockster wordt en blijft.

Interview Martin ‘Ace’ Kent van Skunk Anansie

Tekst: Jelle Willers

Alles ademt rock ‘n roll aan de man die de videostudio van Bax Music binnenstapt: van de zwartleren boots en de zwarte spijkerbroek tot zijn zwarte shirt met opvallende print en het zwarte leren jack losjes om de schouders. Dit geheel wordt afgemaakt door een smalle sik op een verder kaal hoofd dat wordt afgekaderd door een stoere zwarte pet. Achter hem klinken nog net geen scheurende gitaren en grommende motoren, net als dat de wolk rook en het tweetal mooie dames dat met hem meeloopt, uitblijven. Toch kan het zijn dat je gitarist Martin Kent, alias Ace, van Skunk Anansie nog nooit hebt gezien. Wat wil je ook, met zo’n powervrouw als Skin voor je neus? En ondanks al die coolheid, swagger en pure rock ‘n roll, is Ace een vriendelijke Brit die je vooral heel graag meevoert in zijn verhalen.

Hardrock heaven

Gewillig laat Ace zich op de dag bij Bax Music van hot naar her nemen. Met een grote glimlach laat ‘ie weten dat het helemaal niet erg is, het zou maar je baan zijn! Maar voordat hij zover is gekomen, is er een heel leven aan vooraf gegaan. “Ik ben op mijn dertiende begonnen met gitaar spelen”, memoreert Ace. “Ik kende niemand die ook speelde en heb dus op eigen houtje leren spelen. Dat begon met het luisteren naar platen van Black Sabbath, AC/DC, Motörhead en dat soort werk. Vrij makkelijke maar snelle nummers met toffe riffs, dat sprak mij aan. Wat het ook interessant maakte, is dat het wel echt liedjes waren, met een kop en een staart. De grotere gitaristen waren dus eigenlijk mijn gitaarleraren.” Een jaar later vormde hij zijn eerste band, waar het vooral om plezier maken draaide.

Een aantal jaar later begon hij zich pas serieus op muziek te storten. En wat is een betere plek in Engeland om dat te doen dan London? Kent kon daar in een club aan de slag en daar ontmoette hij Deborah Dyer, die we vooral kennen onder haar artiestennaam Skin. “Ik speelde in die club en Skin kwam daar ook. We raakten aan de praat en merkten dat het klikte. Ik heb een aantal mixtape-cassettes voor haar gemaakt met nieuwe muziek, eentje met onder meer Rage Against The Machine. Dat beviel haar zo dat ze daarna heeft gevraagd of ik een keertje met haar wilde jammen.” Het gevolg is het ontstaan van Skunk Anansie in 1994. Dat resulteerde in zes studioalbums en een live-album die bij elkaar meer dan vijf miljoen keer over de toonbank zijn gegaan, zeven uitverkochte wereldtournees, verschillende hoofdpodiumshows op festivals en een band die zichzelf blijft uitvinden.

Voortdenderende trein

Ja, je leest het goed: Skunk Anansie is nog steeds actief. Een tussenpauze van acht jaar bracht Ace, Skin, bassist Richard ‘Cass’ Lewis (Terrence Trent D’Arby, Gary Moore, Lenny Kravitz) en drummer Mark Richardson (b.l.o.w., Feeder, Amy Macdonald) in 2009 weer samen. Ace: “Het allereerste idee met Skunk was om korte, herkenbare songs te maken met een punk attitude en dito riffs. Dat is jaren later nog steeds het uitgangspunt. Doordat we al zo lang samen spelen, spelen we als een trein. We voelen elkaar perfect aan, zijn altijd bezig met nieuwe dingen of hoe we oude dingen kunnen veranderen. Uiteraard houden van dezelfde soort muziek, maar doordat we ook andere invloeden hebben, houden we het fris. Voor onszelf, maar ook voor onze luisteraars.”

Natuurlijk maakt een sabbatical het makkelijker om weer met een frisse blik aan de start te verschijnen. Maar nu de trein weer op volle vaart is, bestaat het gevaar dat de ideeën wat uitdrogen. Hoe gaat Ace dit tegen? “Persoonlijk blijf je altijd hetzelfde, je karakter verandert niet of nauwelijks. Ook als je kinderen krijgt, trouwt, al dat soort dingen, jij blijft jij. Dus je zult altijd op jouw invloeden voortborduren.” Overigens betekent dat niet dat er niets nieuws uitkomt. “Afgelopen repetitie hebben we uit het niks twee nummers geschreven ondanks dat we een lange dag achter de rug hadden gehad. Inspiratie komt op de raarste momenten.”

Relatieperikelen

Het feit dat de gitarist al zolang optrekt met de andere leden van de band, brengt zo af en toe ook het slechtere uit de mens naar boven: het gevaar bestaat dat je elkaar naar het leven gaat staan. “Wij zijn boven alles gewoon vrienden”, vertelt Ace. “We kunnen soms repetities hebben waarbij we meer aan het praten zijn dan daadwerkelijk spelen. Dat kan gaan over hele simpele dingen, maar ook zware onderwerpen. En dat is ook goed! Een band is als een relatie: je moet andere dingen dan muziek maken blijven doen, want alleen zo houd je het met elkaar uit. Dus af en toe met elkaar een biertje drinken of zoiets, houdt je als band gezond.”

En een gezonde band, dat moet je hebben! De drie albums die het viertal in de beginjaren heeft uitgebracht (Paranoid & Sunburnt, Stoosh en Post Orgasmic Chill), hebben na de achtjarige pauze drie opvolgers gekregen (Wonderlustre, Black Traffic en Anarchytecture), plus een live-album (An Acoustic Skunk Anansie – Live in London). Maar kunnen we nog meer verwachten? Ace licht een behoorlijk tip van de sluier op: “Dit jaar komt er waarschijnlijk weer een liveplaat aan en zoals gezegd zijn we ook druk aan het schrijven voor het nieuwe album. Daarna slaan we weer aan het toeren natuurlijk. Eigenlijk zit er een heel constant ritme in: je schrijft, brengt een album uit, toert ermee en dan begint het weer van voren af aan.”

Aanjager voor talent

Natuurlijk heeft Ace een tijdje op het succes van Skunk Anansie kunnen teren na de stop in 2001, maar lang heeft hij niet stil gezeten. Niet alleen heeft hij zijn eigen gitaaracademie opgezet (The Ace Guitar Academy), ook was hij op de Brighton Institute of Modern Music en is hij op de Academy of Contemporary Music (ACM) werkzaam. “Je moet als muzikant altijd bezig blijven. In een band ben je altijd bezig, maar op momenten dat dat niet zo is, komt er geen geld binnen. Dus heb ik altijd workshops gegeven en op Brighton heb ik lesgegeven in jezelf presenteren op het podium en A&R (artist & repertoire). Mijn gitaaracademie klinkt bijzonderder dan het eigenlijk is: ik leer twaalfjarigen online onder meer nummers van Skunk Anansie te spelen.” Overigens is dit niet alleen voor tieners bedoeld: iedereen die het trucje van de meester af wil kijken om nummers als Brazen (Weep), Hedonism of Selling Jesus te leren spelen, kan bij zijn academie terecht.

Dat Kent talent graag wil aanjagen, bewijst zijn rol als Head of Creative Industry Development op ACM wel. Lachend: “Mooie titel inderdaad, maar hetgeen ik doe is coördineren. Ik zorg dat de studenten door mijn contacten in de muziekwereld in aanraking komen met leveranciers, festivals en dat soort partijen zodat zij er workshops, endorsements, deals en gigs uit kunnen halen. Ik heb door al die jaren spelen en reizen natuurlijk een hoop mensen ontmoet die altijd op zoek zijn naar nieuwe artiesten of jonge mensen om hun merk te vertegenwoordigen. Waarom zou ik daar dan niet bij helpen?”

Oren gespitst

Ook op speelgebied wil de gitarist genoeg meegeven, maar wat is het belangrijkste voor elke gitarist (en eigenlijk elke muzikant)? “Luister! Maak je niet te druk om muziektheorie, dat volgt wel. Maar als het goed klinkt, is het vaak ook goed. De theorie komt pas van pas als je iets wilt opschrijven of wilt (aan)leren. Daarom vind ik het ook belangrijk om in bands te spelen en samen muziek te schrijven. Je gaat op den duur horen of iets goed klinkt of niet.” Een waardevolle les die Ace zelf door de jaren heen heeft geleerd met zijn gitaar op schoot. “Ik ben een echte elektrische gitarist”, vertelt hij over dat leerproces. “Ik speel ook wel akoestisch, maar dat gaat me toch minder makkelijk af, al probeer ik het wel meer en meer op te pakken. Ik heb wel als toegewijde sologitarist gespeeld, maar de manier waarop ik bij Skunk speel vind ik fijner: riffs, melodieus en af een toe een sololijntje.” Daaruit blijkt hoe belangrijk luisteren is: Skunk Anansie heeft mede hierdoor de herkenbare sound gekregen.

Dat typerende geluid komt voor een groot deel bij Ace vandaan. Na kort te hebben nagedacht, concludeert hij: “Ik heb wel een sound, ja. Namelijk een goed versterkergeluid met wat pedalen ervoor. Mijn amps zijn eigenlijk altijd de Koch Powertone II voor het clean en de Marshall JCM 800 en 900 voor de oversturing, wat door een 4×12 cabinet met Celestion Vintage 30’s en Greenbacks wordt geduwd. Ik ga voor de echte buizensound. Op dit moment gebruik ik het Nexi-bord en de daarbij behorende effectpedalen, maar het mooie van dit systeem is dat ik er ook andere pedalen mee kan gebruiken.” Sowieso wordt Kent’s geluid gedreven door effecten. “Al schrijf ik niet per se met pedalen, dat gebeurt vaak in het moment zelf, net wat ik op dat moment gebruik. Het is wel zo dat het uitdaagt andere partijen te bedenken. Ik ben ook altijd op zoek nieuwe gear. Het is als met kleding: stel dat je twintig jaar hetzelfde zou dragen, dan is dat op een gegeven moment saai.”

Verjaardagscadeautje

Ook al onderschrijft de man in het zwart dat verschillende gitaren verschillende ideeën oplevert, in de kern blijft hij extra gecharmeerd door gitaren van Paul Reed Smith (PRS). “Ik wilde al heel lang een PRS, het liefst een McCarty gold top met P90’s. Ik raakte op een gegeven moment met de mensen van het merk in gesprek en die zeiden ‘waarom laat je er dan niet eentje maken?’. Dat leek me wel wat en dus ben ik met hen aan het ontwerpen gegaan. Ik zei dat ik een single cut wilde met een mahonie body en esdoorn (maple) top, plus twee ‘57 elementen met een coil tap, zodat ik in principe alles op één gitaar kan spelen voor Skunk Anansie. Ze gingen ermee aan de slag, maar ik hoorde er niets meer van, dus ik dacht dat ze me gewoonweg vergeten waren.”

Niets bleek minder waar: “Een dag voor mijn vijftigste verjaardag had de band ineens een pakje voor me”, glundert Ace. “Bleek dat zij PRS hadden benaderd of ze het geheim wilden houden. Ik ben nog nooit zo blij geweest. Hij speelt als boter en klinkt als Paul Kossoff en met wat meer scheur als Gary Moore.” De PRS SE Ace Signature beschikt over SE 245’s, een PRS vibratoarm, een zogenaamde wide/thin hals, exclusief beschikbaar in Ace Black en geleverd met zijn fameuze Swallow sticker. Maar ook al voldoet deze gitaar aan alle eisen, hij blijft kijken. “Het belangrijkste is dat je een gitaar altijd probeert. Natuurlijk kun je alles opzoeken op internet en mond-tot-mond-reclame is goed, maar er gaat niets boven offline kopen: je voelt wat je vast hebt, hoe het klinkt, wat je eraan hebt et cetera. Daarom ga ik altijd naar een fysieke winkel.”

Het leven van een gitarist

Met alle titels, behaalde successen en opgedane ervaringen is Ace aan het eind van de dag gewoon een gitarist die de grootst mogelijke voldoening haalt uit het spelen. “Je kunt de meest moeilijke dingen bedenken, maar ook twee simpele noten met een octaver erbovenop kunnen het voor jou doen. Dat is denk ik wat ik het liefste wil meegeven: geniet ervan! Als je van gitaar spelen geniet en het leuk vindt om elke dag je instrument weer op te pakken, dan word je vanzelf goed.” Was getekend, Martin ‘Ace’ Kent, gitarist van Skunk Anansie, de man in het zwart, maker van mokerharde riffs, leraar en verteller in hart en nieren. Cue gillende gitaren, ronkende motoren, rockchicks en rookgordijn: Ace out. ♦

Dit interview verscheen eerder in Bax Music Magazine (Najaar 2018).

Geen reactie

Nog geen reactie...

Laat een reactie achter